Volgens het NEMESIS-3-onderzoek van het Trimbos-instituut heeft 30% van de 18- tot 24-jarigen ooit een angststoornis gehad. Volgens klinisch psycholoog Paul Van der Heijden zit het probleem tegenwoordig in ‘overdiagnoseren, of mensen die zichzelf een diagnose geven. “Als mensen zich wat onzeker voelen zijn ze snel geneigd om te gaan zoeken en denken: Oh er is iets met mij aan de hand.” Sociale media spelen hierin een negatieve rol.
Overdiagnostiek door sociale media
Loyaal, eerlijk en recht door zee: volgens de NVA, Nederlandse Vereniging voor Autisme, kenmerken van autisme. “Ja, daar herkent iedereen zich wel in.” En dat is juist wat er misgaat op sociale media – aldus Van der Heijden. “Je ziet ook op Tiktok veel dingen die niet goed zijn. The Guardian heeft onlangs een item gepubliceerd waarin ze honderd filmpjes over mentale stoornissen laten zien aan experts, en 50% of meer van die filmpjes bleken niet te deugen.”
Wanneer diagnoses op zulke media platforms worden opgerekt identificeren mensen zich volgens de psychloog sneller met mentale stoornissen. “Als mensen zich wat onzeker voelen zijn ze snel geneigd om te gaan zoeken en denken: Oh er is iets met mij aan de hand.” Of er dan, mede door sociale media, een stijging is onder jongeren met angststoornissen? “Alle cijfers laten zien dat er een toename is, met name onder jonge mensen.”
Ook ziet Van der Heijden dus steeds vaker jongeren die met een eigen diagnose komen. “Die jongeren komen en hebben vooraf al bedacht wat ze hebben.” Hij vindt het enerzijds goed dat mentale stoornissen zo openlijk besproken worden, maar dit heeft ook een keerzijde. “Het voordeel is natuurlijk dat het stigma minder wordt, maar ook dit blijkt uit gesprekken die ik met de jongeren heb dat het nog niet altijd zo is. De keerzijde is ook wel de desinformatie dat soms leidt tot onnodige zorgen en overdiagnostiek.”
Overigens zijn het niet alleen jongeren die zichzelf ‘verkeerd’ of ‘over’ diagnoseren. “Het toenemen van angststoornissen gebeurt ook vanwege steeds hogere eisen die mensen aan zichzelf stellen, en die sociale media ook met zich meebrengt. Mensen schieten hierdoor in een soort kramp en worden sneller angstiger: ik doe het niet goed.”
“Ondanks dat mensen steeds meer mogelijkheden hebben om te communiceren merk ik nog altijd, bij jongeren, dat die het nog steeds lastig vinden om het te bespreken met elkaar. Er is toch nog een heel stigma.”
De verschillen tussen mannen en vrouwen
Uit het NEMESIS onderzoek is ook gebleken dat angststoornissen vaker voorkomen bij (jonge) vrouwen. Zoals eerder benoemd spelen er verschillende factoren een rol bij het ontwikkelen van een angststoornis. “Het verschilt per angststoornis welke aanvullende factoren een risico zijn. Bij sociale angst kan het een rol spelen wanneer kinderen vroeger gepest zijn, of negatieve beoordelingen hebben gehad door ouders.” – aldus Van der Heijden.
Volgens de cijfers zijn de meest voorkomende fobieën: een sociale fobie en een specifieke fobie. “Een specifieke fobie die veel voorkomt is bloed. Mensen gaan dan bijvoorbeeld bloedprikken uit de weg.” Andere veel voorkomende specifieke fobieën zijn: naalden, tandarts of spinnen. “Om aan de criteria van een psychische stoornis te voldoen moet het ook echt lijden veroorzaken en sociaal maatschappelijke disfunctie.”