‘S-HERTOGENBOSCH – Vierduizend euro werd van een oplichter naar zijn rekening gestuurd en later contant opgenomen bij een geldautomaat in Tilburg. Maar verdachte V. (24) zegt dat hij er niets mee te maken heeft. Zijn pinpas lag in een bureaula, beweert hij. Vriendinnetjes of zelfs zijn eigen moeder hadden erbij gekund. “Ik heb daar geen verklaring voor.”
De zaak
In 2021 werd een slachtoffer van WhatsApp-fraude voor duizenden euro’s opgelicht. Het geld kwam terecht op de rekening van V. Op de bewuste dag werd eerst een kleine betaling van vijftig cent gedaan bij Tilburg Universiteit. Tweeënhalf uur later volgde een opname van vierduizend euro bij een geldautomaat aan de Westermarkt.
V. zegt dat hij geen idee heeft hoe zijn rekening hierin terecht is gekomen. Zijn bankpas en pincode lagen volgens hem altijd in een bureaula in zijn kamer. Hij sluit niet uit dat iemand in zijn omgeving – een vriendin, zijn moeder – erbij kon. Maar harde bewijzen heeft hij niet. “Ik heb geen verklaring,” zei hij tegen het gerechtshof. Wel gaf hij justitie een veeg uit de pan: “Camerabeelden hadden duidelijkheid kunnen geven.”
Twijfels over de verklaring
De officier van justitie heeft zijn twijfels. V. meldde nooit een vermiste bankpas of verdachte transacties bij de bank. “U laat niet het achterste van uw tong zien,” zei de officier. Volgens justitie was V. een ‘geldezel’: iemand die zijn rekening laat gebruiken voor witwassen. Daarom eist het OM een taakstraf van 20 uur en de terugbetaling van de 4.000 euro aan de benadeelde partij.
Persoonlijke omstandigheden
V. is een jonge vader en zegt zijn leven op orde te willen krijgen. Hij werkt zestig uur per week in verschillende banen, van vuilnisman tot bezorger, om zijn schulden af te lossen. Maar heeft een verleden met justitie. Op zijn strafblad staan veroordelingen voor diefstal met geweld (2019) en een verkeersovertreding (2022). In 2018 werd hij verdacht van huiselijk geweld, maar die zaak werd geseponeerd.
In zijn laatste woord bedankte hij de rechters en aanwezigen.
Uitspraak op 14 januari.