Oekraïners over wisselende steun: “Vandaag een belofte, morgen onzekerheid”

Afgelopen zomer ontmoette ik Petro*, Olena* en Andriy* in een klein stadje in West-Oekraïne, tegen de Hongaarse grens aan. Alle drie zijn ze gevlucht uit het oosten van Oekraïne en hoewel ze het heel graag willen, kunnen ze het land niet uit. De twee vrouwen willen hun familie niet achterlaten, en Petro* moet eigenlijk vechten aan het front.

Nu, maanden later, spreek ik hen opnieuw. Ik heb contact via Telegram en vraag ze naar de situatie in hun land. Ditmaal ging het niet over de gevechten aan het front of over de mobilisatiewet, maar over een onzekerheid die hen minstens net zo hard raakt: ze weten simpelweg niet op wie ze nog kunnen rekenen voor steun, en als die er al is, voor hoe lang. Elke belofte lijkt tijdelijk; wat vandaag wordt toegezegd, kan morgen worden ingetrokken.

Donald Trump en Volodymyr Zelensky in het witte huis, Washington, 28 february 2025. SAUL LOEB/AFP

Recentelijk heeft de Amerikaanse president Donald Trump alle militaire hulp aan Oekraïne opgeschort. Dit gebeurde na de openlijke ruzie met de Oekraïense president Volodymyr Zelensky in het Witte Huis. Deze beslissing leidde tot bezorgdheid onder Europese leiders, die besloten hun defensie-uitgaven te verhogen, met een extra investering van 800 miljard euro. De ontwikkelingen veroorzaken onrust onder Europese burgers; in Nederland dringt de regering er bij burgers op aan noodpakketten samen te stellen met essentiële benodigdheden, ter voorbereiding op mogelijke crises.

Na enkele dagen werd de Amerikaanse militaire hulp aan Oekraïne alweer hervat, en Europese leiders uitten voorzichtige hoopvolle geluiden. Maar hoe ervaren de Oekraïners zelf deze constante wisselingen tussen beloftes en teleurstellingen? Voor Petro*, Olena* en Andriy* is het geen abstract politiek spel, maar de dagelijkse realiteit. Hun toekomst hangt af van besluiten die ver van hen worden genomen, zonder dat ze er invloed op hebben. Hoe kijken zij naar al de politieke onzekerheid van de laatste weken?

“Ik haat Poetin, maar juist hem moet ik om hulp smeken”

Petro (45)* uit Luhansk had een goedlopend technologiebedrijf voordat hij moest vluchten. Nu probeert hij zijn werk op afstand voort te zetten. Hij ziet hoe snel de situatie kan veranderen en vertrouwt niemand meer. “Europa zegt dat we erbij horen, maar pas als het hen uitkomt. Amerika zegt dat ze ons steunen, maar alleen als ze er zelf belang bij hebben. En Rusland? Die wil dat we ophouden met bestaan.”

Olena (34)* uit de regio Donetsk, werkt in het kleine stadje Svaliava als vrijwilliger met gevluchte kinderen. “Mijn leerlingen vragen me elke dag: ‘Mevrouw, kunnen we al bijna naar huis?’ Wat moet ik zeggen? Eerst zegt Europa ons te steunen, dan weer niet. Dan weer wel, dan weer niet. En zo gaat het maar door. Hoe kan ik de kinderen hoop geven als ik zelf niet heb?”

Tuurlijk, Poetin vindt ze beangstigend. Maar tegelijk twijfelt ze of Oekraïne ooit zonder hem nog vrede zal kennen. “Ik haat hem, maar alleen hij kan de oorlog stoppen. Ik moet juist hem om hulp smeken. Soms denk ik: misschien is het beter als we hem gewoon geven wat hij wil, zodat het stopt. Maar ik weet ook dat hij nooit genoeg krijgt. Hoe meer we hem geven, hoe meer hij wil krijgen.”

De wanhoop klinkt door in haar berichten. “We willen stabiliteit, geen politiek gesteggel. Ik ben het zat om van anderen te moeten horen of we nog meetellen.”

Foto ter illustratie, gemaakt in Irpin door Jens de Boer

“Als ik de straat op ga, loop ik het risico om te verdwijnen”

Andriy (29)* uit Marioepol zit ondergedoken. Hij wil niet vechten, maar moet dat eigenlijk wel. Hij weet dat de kans groot is dat hij wordt opgepakt als hij buiten rond loopt. “Mijn naam staat op een lijst. Als ik de straat op ga, loop ik het risico om te verdwijnen. Daarom blijf ik hier, in mijn huis. Maar zelfs dat voelt niet veilig. Want ook in mijn eigen land veranderen de wetten met de dag. Straks halen ze me gewoon uit mijn huis.”

Voor Andriy is er één grote vijand: Poetin. “Hij is een moordenaar. Hij wil ons vernietigen. Maar het ergste is: hij weet dat hij de tijd aan zijn kant heeft. Hij wacht gewoon af. Terwijl hij rustig ziet dat de wereld ons aan het vergeten is”

Hoop tussen de regels door

Voor Petro, Olena en Andriy is de hernieuwde militaire hulp geen reden tot feest. Het is een herhaling van hetzelfde patroon: steun die er is, verdwijnt, en komt dan ineens weer terug. De onzekerheid blijft. Toch putten ze hoop uit het feit dat Oekraïne nog steeds meetelt op het wereldtoneel. “Er wordt vooral over ons gesproken. Niet met ons. Dat is niet juist, maar we zijn in ieder geval weer even onderwerp van gesprek. Ook dat kan morgen weer anders zijn, dus ik wil niet te negatief overkomen”, vat Olena* samen. “Zolang er nog woorden zijn, is de oorlog nog niet verloren. Ik lees hoop tussen de regels door. Wat kan ik ander?” voegt Petro* toe

*Om de privacy en veiligheid van de betrokkenen te beschermen, zijn de namen in dit artikel gefingeerd.

Lees verder

Geselecteerd door de redactie

Deel dit bericht