Alcohol kent een opmerkelijke uitzonderingspositie in onze samenleving. Waar andere schadelijke middelen als tabak steeds effectiever uit onze omgeving verbannen worden, is een glas alcohol nog altijd doodnormaal. Hoe komt het aan deze uitzonderlijke status? We nemen je mee in de historie van alcohol, regelgeving en louche lobbypraktijken.
Alcohol is niet goed voor je. Regelmatig alcoholgebruik kan leiden tot (ernstige) schade aan de lever, nieren, alvleesklier, longen, hart- en bloedvaten, de darmen en de hersenen. Toch is drinken nog altijd doodnormaal. Tijdens de jaarwisseling ontkurken we champagne. Dat hoort erbij. Talkshow-hosts hebben een glas bier of wijn voor hun neus. Moet kunnen. Grote biermerken sponsoren de belangrijkste sportevenementen. Logisch. Maar waarom is dat zo normaal? Daarvoor duiken we eerst de geschiedenis van alcohol en zijn regelgeving in.
De geschiedenis van alcohol
Wat zeggen de verschillende feiten uit de video precies? Allereerst: Nederlanders drinken nog steeds erg veel. Daarnaast slaan de verschillende wetten en regels niet goed aan. Door de jaren heen zagen we wel dalingen na nieuwe invoeringen, maar die waren niet baanbrekend. Daarnaast zien we dat na 2000 het terugdringen van alcoholgebruik onder jongeren hoog in het vaandel staat, maar ook die maatregelen lijken niet te werken.
Verstrekkers controleren, ondanks de ‘zware’ straffen die de overheid zou geven, de leeftijdsgrens slecht, blijkt uit onderzoek van het alcoholexpertcentrum van Trimbos. Hoewel het bij supermarkten en slijterijen relatief goed gaat (ruim 60% niet-geslaagde alcoholaankopen), gaat het bij cafetaria’s, horecagelegenheden en sportkantines volledig mis. Bij de laatste twee ging het in 2022 zelfs slechter dan het jaar ervoor, terwijl in sportkantines de leeftijd net iets beter werd gecontroleerd. Door de slechte scores van die drie sectoren, ligt het gemiddelde zorgwekkend laag. In 2022 lukte 39,4% van de aankooppogingen door een minderjarige niet. In 2021 was dat 38% en in 2018 was dat 37,7%. Hier zit, door de jaren heen, geen significant verschil in. Maar wat betekent dit allemaal? Het betekent dat ongeveer twee op de vijf aankooppingen door een minderjarige mislukt en een minderjarige, Nederlandse tiener dus relatief makkelijk aan alcohol komt.
En dat is pas het begin van het probleem, want zoals aangegeven drinken Nederlanders veel. Het drinkgedrag, dat dus op minderjarige leeftijd begint, slaat door naar het jongvolwassen leven. In de lijst van zware drinkers1 voeren jongvolwassenen namelijk de lijst aan. In de leeftijdsgroep van 18 t/m 24 jaar ligt het aantal zware drinkers rond de 23%. Ook in de categorie overmatige drinkers2 leidt deze leeftijdsgroep de dans. Daar gaf ongeveer 23% aan ‘overmatig te drinken’.
De cijfers spreken voor zich. Alcohol blijft doodnormaal in onze samenleving. In onderstaande video zien we dat de aantallen in Nederland hoog zijn, maar dat het ook vooral een probleem is dat zich over heel Europa verspreid.
Overheid balanceert
Eén reden voor een hoge alcoholconsumptie is een acceptabele prijs. Waarom is die prijs zo acceptabel?
Hiermee zien we dat alcohol relatief betaalbaar blijft, ondanks allerlei accijnzen en belastingen die alcohol door de jaren zijn opgelegd. De overheid wil alcohol niet te veel belasten omdat ze daar inkomsten mee mislopen. Het is een mooie inkomstenbron en als daarmee alcoholmisbruik wordt teruggedrongen, is dat een bijkomend voordeel. De politiek zoekt vooral een balans, zonder de alcoholindustrie écht aan banden te leggen.
Alcoholindustrie bepaalt
Die alcoholindustrie heeft nog altijd een dikke vinger in de pap. Ook als we kijken naar de reclames rond drank.
“De overheid volgt in feite de nadrukkelijke wens van de alcoholindustrie om alcoholmarketing via zelfregulering te regelen”, vertelt Wim van Dalen. Van Dalen is al jarenlang directeur van het Nederlands Instituut voor Alcoholbeleid (STAP) en ziet dat er door de jaren heen nog niet veel is veranderd omtrent de regels voor alcoholmarketing. “Het komt er eigenlijk op neer dat door de sterke lobbykunsten van de alcoholindustrie er nog niet heel veel is veranderd op het gebied van alcoholmarketing in de afgelopen jaren.”
Op lokaal niveau ziet Van Dalen wel verandering ontstaan. “In diverse gemeenten zoals Amsterdam en Utrecht mag er geen alcoholreclame meer worden gemaakt op gemeentelijke eigendommen.” Dat betekent dat er bijvoorbeeld geen reclameposters van alcoholmerken mogen hangen in het lokale buurthuis.
Maar op landelijk niveau ziet Van Dalen nog niet veel verandering en dat verwacht hij ook de komende jaren nog niet. “Ondanks dat wij wetenschappelijk hebben bewezen dat zelfregulering onvoldoende effectief is, gaat de overheid hier door de sterke alcohollobby nog niet in mee.”
En daar hebben we hem weer. Die zelfregulering. Hoe zit dat nu precies?
De Stichting Verantwoorde Alcoholconsumptie (STIVA) is dus een grote speler in de wereld van de alcoholmarketing, en met name op het gebied van de zelfregulering. In de kritiek die onder andere door het Nederlands Instituut voor Alcoholbeleleid (STAP) op zelfregulering wordt gegeven, herkent STIVA zich niet. De stichting laat in een schriftelijke reactie weten dat volgens hen de regels goed nageleefd worden en ook gedragen door de professionals die ermee moeten werken. Deze regels staan dus in de door hen opgestelde Reclamecode voor Alcoholhoudende Dranken.
STIVA geeft in haar reactie verder aan dat haar ervaring is dat zelfregulering beter en sneller werkt dan wetgeving. Hiermee gaat STIVA dus in tegen de beweringen van STAP, die wetenschappelijk onderlegt dat zelfregulering onvoldoende zou werken. Echter is volgens STIVA deze bewering dan weer onjuist. Volgens STIVA ligt het er namelijk meer aan hoe je effectiviteit definieert. “Als de maatstaf is dat er niets fout mag gaan en geen overtredingen mogen plaatsvinden, dan zijn alle wetten in Nederland niet effectief.”
Op andere vlakken gaat het wél goed
En zo zien we dat het vooralsnog knap lastig blijkt om het alcoholgebruik terug te dringen. Zijn er voor de toekomst dan geen aanknopingspunten? Nog niet echt. Al kan het hoopgevend zijn om naar andere sectoren te kijken.
En dus staan we op een interessant punt in de geschiedenis van alcohol. In een tijd waarin de bewustwording van de gevaren steeds groter wordt, is het in Nederland lastig om streng beleid te maken. Daarvoor verdienen te veel belangrijke partijen te veel aan alcohol. Maar als we naar andere casussen kijken, hoeft er maar één ding te gebeuren om snel stappen te zetten. De hamvraag is nu: wie zet de stap waarmee de alcoholindustrie buitenspel gezet wordt?
- Er is sprake van zwaar drinken wanneer minstens één keer per week meer dan zes glazen alcohol (mannen) of vier glazen alcohol (vrouwen) op een dag gedronken worden (Trimbos) ↩︎
- Overmatig drinken wordt gedefinieerd als meer dan 21 glazen alcohol per week voor mannen en meer dan 14 glazen alcohol per week voor vrouwen (Trimbos) ↩︎