Voor veel gezinnen wordt het steeds moeilijker om een bril voor hun kind te betalen, terwijl goed zicht essentieel is voor hun ontwikkeling en schoolprestaties, zo zeggen optometristen. Kinderen die slechtziend of minder ziend zijn, hebben op school niet alleen een bril nodig, maar ook passende begeleiding en ondersteuning. Debby Buis en Hans Sleijster delen hun persoonlijke ervaringen met slechtziendheid in hun jeugd. “laat je nooit vertellen wat je niet kunt doen.”
Debby is blind en heeft het grootste deel van haar schooltijd op het speciaal onderwijs doorgebracht, hoewel ze is begonnen op een reguliere basisschool. Al snel bleek echter dat zij daar te angstig waren om Debby goed te begeleiden. “Ik mocht niet meedoen met gym, want straks zou ik vallen”, vertelt ze. In het speciaal onderwijs leerde ze niet alleen de gebruikelijke schoolvakken, maar ook praktische vaardigheden zoals koken en stoklopen.
Hans, die al op jonge leeftijd een bril droeg vanwege een behoorlijke sterkte, had zelf minder problemen in zijn leerontwikkeling. Hij legt wel uit dat zo’n “stomme” bril best een reden kan zijn om elkaar te plagen, soms zelfs flink. Fysieke verschillen kunnen kinderen dan best kwetsbaar maken in hun sociale ontwikkeling.
Inclusie: een essentiële stap
Debby merkte dan ook dat er een afstand ontstond tussen haar en haar vriendinnetjes. “Vriendinnetjes gingen naar een andere school en dat zet je dan toch een beetje buiten de groep.” Ze voelde dat medeleerlingen moeite hadden om om te gaan met iemand die een beperking had.“ Het is natuurlijk niet cool om met een gehandicapte om te gaan, het is een soort imago-dingetje.” Hans sluit zich daarbij aan en onderstreept het belang van inclusie. “Die vermenging moeten we zoveel mogelijk stimuleren. Het is goed als kinderen van elkaar leren en elkaar helpen.”
Toen Debby na de mavo overstapte naar het reguliere onderwijs om haar havodiploma te gaan halen, kwam ze in een cultuurshock terecht. “Daar hadden zij mij op het speciaal onderwijs beter op kunnen voorbereiden. Ineens krijg je huiswerk en zit je in veel grotere klassen dan voorheen. Dat was een grote omschakeling”
Het belang van begripvolle leraren
Hans benadrukt hoe belangrijk het is dat leraren begrip hebben voor de situatie van kinderen met een beperking. “Zoek als leraar ook naar manieren om in gesprek te blijven met het kind en het zo goed mogelijk te begeleiden”, zegt hij. Zo herinnert Debby zich een wiskundedocent die extra trainingen volgde om haar beter te kunnen helpen. Daarentegen stuitte ze op het hbo, waar ze docent geschiedenis studeerde, op docenten die vonden dat je geen les kon geven als je blind bent. De opleiding zelf heeft haar juist gesteund en regelde veel voor haar. “Je kan heel veel worden, zelfs dingen die de meeste mensen niet verwachten. Maar” voegt ze toe, “er zijn ook dingen die absoluut niet kunnen, ook al zou je het wel willen.”