Wat levert meer stress op: voor 24-uur denken dat je mogelijk borstkanker hebt en de uitslag van het onderzoek moeten afwachten óf de boodschap krijgen dat je geen tumor in je borst hebt, maar wel telkens een knobbeltje blijven voelen. Met daarbij de wetenschap dat bij een deel van de vrouwen een tumor niet te vinden is via de gebruikelijk mammografie. En met daarbij onwetendheid over of je een verhoogde kans op borstkanker hebt.
De Gezondheidsraad heeft al voor je besloten; het is te stressvol voor vrouwen om een persoonsgericht onderzoek te doen met daarbij de check of je wel of geen borstkanker hebt.
Acht procent van de vrouwen die meedoen aan het bevolkingsonderzoek hebben zogeheten dense borsten. Deze hebben extreem veel klierweefsel. In het klierweefsel ontstaan tumoren, daardoor hebben vrouwen met dense borsten een verhoogde kans op borstkanker.
Bij vrouwen met dense borsten is, door de hoge hoeveelheid klierweefsel, een tumor heel lastig vindbaar. Ook kleuren op een röntgenfoto zowel het klierweefsel als de tumor wit, er is dus haast geen contrast. Dat maakt het ook nog eens veel lastiger om een tumor je vinden.
Ondanks dat de radioloog heel duidelijk kan zien op de röntgenfoto of een vrouw dicht weefsel heeft, en dus een verhoogde kans op borstkanker, is dit niet wat je te horen krijgt. Vrouwen krijgen geen enkele informatie over hun borsten.
Na tien jaar onderzoek van onder andere Carla van Gils (hoogleraar kanker epidemiologie UMC Utrecht) en Wouter Veldhuis (radioloog) kwamen zij tot de volgende ontdekking: Bij vrouwen met dicht borstweefsel is een tumor via een MRI-scan heel duidelijk te vinden. Door een contrastvloeistof in te spuiten, licht de tumor zo op. Deze ontdekking is dus zeer gunstig, maar wordt nog niet gebruikt.
Ondanks deze ontdekking, die inmiddels vijf jaar geleden is gedaan. De gezondheidsraad schiet het op twee argumenten af.
Allereerst zou het niet toekomstbestendig zijn. Dit argument is makkelijk te weerleggen want uit een blijkt dat het dat weldegelijk is. Niet met de ideale omstandigheden die zijn gebruikt voor het onderzoek, maar wel met aangepaste scenario’s. Zo kunnen bijvoorbeeld openingstijden worden aangepast en hoe vaak per jaar er een controle wordt gedaan. De gezondheidsraad noemt ook dat er onderzoek wordt gedaan naar nog een andere methode, die minder foutpositiefresultaat zou geven. Dit onderzoek duurt alleen nog acht jaar, wat dus betekent dat voor de komende acht jaar er nog heel veel vrouwen zijn waarbij een tumor niet gevonden kan worden, terwijl die er wel zit.
Het tweede argument dat de gezondheidsraad noemt is dat het te stressvol zou zijn voor vrouwen. De
MRI-scan kan een foutpositiefresultaat opleveren. Dit betekent dat het eerst kan lijken alsof er een tumor is, uit vervolgonderzoeken komt dan het resultaat dat er toch geen kanker aanwezig is. Dit zou volgens de raad psychisch en fysiek zeer belastend zijn.
Zij nemen hiermee het besluit voor de vrouwen. De vrouw kan niet zelf kiezen of ze het psychisch te zwaar vindt om een extra onderzoek te laten doen, een onderzoek wat zekerheid en duidelijkheid biedt. Wat twijfels wegneemt.
Als de MRI-scan als extra methode gebruikt zou worden redt dit elf op de duizend levens. Ook dit komt het uit onderzoek van Carla en Wouter. Elf vrouwen die hun kinderen kunnen zien opgroeien, elf gezinnen die niet worden gebroken door deze ziekte, elf dochters die hun moeder aan hun zij houden. Dat de keuze om extra onderzoek te laten doen van vrouwen wordt afgenomen en dat zij geen informatie krijgen over hun eigen lichaam, vind ik zorgelijk. Er is een levensreddende ontdekking gedaan, waarom schieten we dat af op een verwachting? Een verwachting dat het voor stress zou zorgen, wat nergens is onderzocht of vastgesteld. Het kan zelfs andersom zijn. Onwetendheid bij vrouwen over of zij een verhoogde kans hebben op borstkanker en twijfels over de uitslagen van hun mammografie, dat levert stress op.