Het onderscheiden van betrouwbare informatie en onjuiste informatie op het internet wordt steeds moeilijker. Er zijn minder ‘gate keepers’ en algoritmen zorgen ervoor dat vergelijkbare opvattingen worden gepresenteerd. Maar twee derde van de Nederlanders van 12 jaar of ouder gaf aan dat die vorig jaar desinformatie gezien heeft op het internet. En vervolgens dat heeft gecontroleerd. Dat blijkt uit cijfers van het CBS.
Uit het onderzoek ICT-gebruik van huishoudens en personen van het CBS, blijkt dat de meerderheid van de mensen twijfelachtige informatie op internet controleert. Dit doen ze bijvoorbeeld door meer informatie op te zoeken op andere nieuwswebsites of daarover te discussiëren met anderen. Volgens Michael Hameleers, docent politieke communicatie en journalistiek aan de Universiteit van Amsterdam, zijn mensen vaker angstig en onzeker geworden. Vanwege de toenemende aandacht aan onjuiste informatie online. ,,Ze denken desinformatie te zien waar het eigenlijk niet is. Dit is ook het gevaar van sommige bewustwordingscampagnes. We geven soms te sterk een bedreiging aan.”
Geen duidelijke vingerafdrukken
Desinformatie kun je vaak herkennen door rekening te houden met de context, geeft Hameleers aan. ,,Je vraagt je af of het klopt wat deze persoon in deze context zegt. Daarnaast is misleidende informatie vaak sensationeler, anti-establishment en emotioneel.” Maar Hameleers benadrukt dat betrouwbare informatie dat ook kan zijn. Daarom is het tegenwoordig lastiger om misleidende informatie te herkennen, het lijkt namelijk steeds vaker op echte informatie. ,,In desinformatie worden vaak experts en bewijzen aangehaald. Maar deze experts zijn wellicht alternatief, uit de context geplaatst, of hebben geen passende expertise voor het onderwerp.”
Probleem van alle tijden
De manier van het verspreiden van onjuiste informatie is door de jaren heen veranderd. ,,Wat er anders is geworden met sociale media is dat er minder ‘gatekeepers’ zijn. Zoals journalisten die verschillende geluiden kunnen fact-checken en in context kunnen plaatsen. Daarnaast bieden algoritmes gemeenschappen waar mensen gelijkgestemden kunnen vinden met vergelijkbare opvattingen over wat waar en niet waar is. Ook kunnen algoritmes ervoor zorgen dat mensen versterkt worden in wat ze al geloven”, aldus Hameleers. Toch is het belangrijk om een kanttekening te plaatsen. Desinformatie maakt namelijk een zeer klein deel uit van alle informatie die we zien online, maar liefst minder dan vijf procent.
Verschillende mediawijsheidorganisaties en fact-checkers zijn bezig met het bestrijden van desinformatie. Zo is er het onderzoeksjournalistiek tv-programma Pointer, dat mensen bewuster wil maken van misleidende informatie. Daarnaast geeft de Rijksoverheid informatie over desinformatie met de campagne ‘Blijf nieuwsgierig. Blijf kritisch’. Voor degenen die toch twijfelt over informatie, geeft Hemelaars een tip. ,,Vooral extra informatie inwinnen en proberen na te gaan of de context bij de claims past.”
Uitgelichte foto: ANP XTRA/Roos Koole