Klimaatactivisme: hoe komen wij in beeld?

Publicatiedatum:

Sinds jaar en dag is beeldvorming essentieel in berichtgeving. Keizer Nero stak zijn eigen Rome in brand om vervolgens op exact deze plek een gigantisch paleis te bouwen. Dankzij een uitstekend staaltje beeldvorming overtuigde hij zijn eigen bevolking dat de christenen schuldig zouden zijn aan deze brand. Ruim tweeduizend jaar later lijkt de rol van beeldvorming enkel groter geworden. Zo is dat tegenwoordig ook te herkennen in het klimaatdebat. Onschuldig ogende keuzes kunnen snel gevolgen hebben voor de toon van het artikel. Op welke manier wordt dit beleefd door de personen die zelf vaak lijdend voorwerp zijn in deze berichten? 

Brenda van Dinther (l) en René van Keulen van Extinction Rebellion

Extinction Rebellion voert soms onderling discussie over de beeldvorming die ontstaat door hun acties. De actiegroep blokkeerde tot oktober tientallen keren de A12. Op sommige dagen gingen er plaatjes rond van activisten die vrolijk onder waterkanonnen stonden te dansen. Het zonnige weer en de waterstraal zorgden namelijk voor een felle regenboog boven het wegdek. Brenda Van Dinther geeft toe dat het een leuk moment was, maar dat de demonstratie opeens op een festival leek. Dat kon volgens haar toch niet de bedoeling zijn. “Ik vond het heel lastig. Aan de ene kant is het voor ons een kans om aandacht te besteden aan de klimaatcrisis.” De foto’s werden immers door veel media gebruikt. “Maar aan de andere kant is het geen feestje. Het is gezellig om daar in de zon te dansen, maar dat maakt het geen festival.” De demonstranten willen namelijk een einde aan de fossiele subsidies. Ze vraagt zich openlijk af wat dit doet met de beeldvorming. “Draagt het bij aan de onterechte beeldvorming dat we allemaal rijke, verwende kinderen zijn die, voor ze weer op een lange vliegreis gaan, nog even een festivalletje meepikken op de A12?”

Het feit dat sommige media op deze manier keuzes maken, vinden Brenda van Dinther en René van Keulen an sich geen probleem. Volgens hen is namelijk het feit dat er aandacht wordt besteed aan een bepaalde actie momenteel het belangrijkst. “Voor ons is dit namelijk dé manier om een podium te creëren voor onze boodschap”, vertellen de XR-activisten. Het is ook bij de ‘Grootouders voor het Klimaat’ niet onopgemerkt gebleven dat fellere acties meer aandacht krijgen. “Wij laten zien dat we solidair zijn met de acties van Extinction Rebellion door bijvoorbeeld langs de kant van de tunnel van de A12 ons kenbaar te maken met onze spandoeken”, zegt Edda Pauw, lid van de Grootouders voor het Klimaat.
De actiegroep is tot stand gekomen vanuit verantwoordelijkheidsgevoel voor de volgende generaties. Mede-oprichter Anneke Duijndam is al sinds de oprichting zeven jaar geleden betrokken bij de actiegroep. Met protestacties richting belanghebbenden binnen het klimaatdebat proberen zij druk uit te oefenen waar zij kunnen. “Ofschoon wij onszelf niet gaan vastplakken, denken wij dat we op onze manier toch een goede rol kunnen verwezenlijken binnen het debat”, zegt Duijndam. 

Edda Pauw (l) en Anneke Duijndam van de actiegroep Grootouders voor het Klimaat

Edda Pauw probeert de acties van tegenwoordig met een mooie vergelijking in historisch perspectief te plaatsen. In de jaren zeventig was zij zelf lid van de feministische actiegroep ‘Dolle Mina’. “Wij gebruikten destijds ongeveer dezelfde tactiek als XR nu doet”, zegt Pauw. “Wij probeerden namelijk juist door spraakmakende acties voor een serieus onderwerp de journalistiek dusdanig te bespelen, dat er grote aandacht voor kwam en de politiek uiteindelijk niet meer om ons heen kon.” Ze neemt het de organisatie die verantwoordelijk is voor vliegveldbezettingen en A12-demonstraties daarom niet kwalijk dat het op dit moment veel aandacht krijgt voor zijn acties. De Grootouders voor het Klimaat proberen op een andere manier aandacht te genereren. Met onder andere een klimaatlied, een flash mob en een goed humeur proberen zij de gemoederen in Den Haag bezig te houden. Ze gaan in gesprek met Kamerleden en houden demonstraties bij onder andere Shell en De Hoge Raad. Zo proberen ze op verschillende manieren het klimaatbeleid te beïnvloeden. Pauw en Duijndam hopen dat de journalistiek zich binnen het klimaatdebat minder passief zal opstellen. “Stiekem hoop ik er zelfs op dat de journalistiek zelf ook iets activistischer wordt”, aldus Pauw. “Journalisten die zelf een standpunt durven in te nemen op basis van al die alarmerende feiten die bekend zijn over het klimaat.”

Een journalist die dit advies niet ter harte hoeft te nemen is Maartje Bregman. Zij is lid van de Jonge Klimaatbeweging en startte vorig jaar het blad ‘Happy Times Magazine’. Met dit blad won Bregman afgelopen jaar de ‘Young Impact Award’, een aanmoedigingsprijs voor jongeren die een positieve impact maken op onze maatschappij. Opvallend aan dit blad is het papiersoort. Voor het magazine wordt namelijk papier gebruikt dat niet van bomen is gemaakt maar van maisstengels en ander bosafval. “Toen we hiermee begonnen bleek dat onze lezers dit nog niet direct begrepen. Mensen vroegen of het goedkoper papier was of dat het papier van slechtere kwaliteit was”, vertelt Bregman. Dit was een kleine frustratie voor Bregman: “Zo zie je maar weer dat het nog steeds de norm is dat papier van bomen wordt gemaakt. Het is aan ons de taak om deze norm klimaatvriendelijker te maken.” 
De makers van dit magazine noemen zichzelf ‘klimaatoptimisten’. Zelf heeft Bregman het gevoel dat het woord ‘klimaatactivist’ een negatieve lading met zich meebrengt. “Terwijl ik eigenlijk exact hetzelfde doe als een klimaatactivist, geef ik mezelf liever deze nieuwe naam.” Bregman vindt dat er in de media te weinig aandacht is voor iemands beweegredenen. “Waarom staan deze mensen midden op de A12? Waarom is iemand gestopt met zijn 9-5 baan om voor de helft van zijn salaris liever tuinder te worden?” aldus Bregman. “Er liggen zoveel verhalen op straat van mensen die iets proberen bij te dragen. Het is heel jammer om te zien dat hier niet vaak aandacht voor is.” 

Groot bewonderaar van het werk van Maartje Bregman is Iris Blom. Sinds vorig jaar is Blom één van de vijf klimaatburgemeesters in de gemeente Breda. Met de aanwijzing van deze klimaatburgemeesters hoopt de stad lokale duurzaamheidsinitiatieven aan te moedigen. Waarom Blom zo’n liefhebber is van Bregman wordt snel duidelijk: “Positieve, maar ook activistische, berichtgeving zoals Maartje Bregman in haar ‘Happy Times magazine’. Zo mogen er meer zijn.”

Klimaatburgemeester Iris Blom

Bloms grootste aanmerking, op artikelen die gaan over klimaatactivisme, is de negatieve toon. Wanneer de term klimaat valt, leggen mensen volgens haar gauw de associatie dat er veel dingen ‘niet meer mogen’. “Dan mag ik ineens niet meer vliegen en ik mag ook geen vlees meer eten, kom niet aan mijn barbecue”, vertelt Blom. “En dan zeggen ze: ze dragen zelf wel leren schoenen. Iedereen gaat elkaar dus de maat nemen.” Bij die negativiteit is volgens Blom niemand gebaat. Aansturen op een gedragsverandering heeft volgens Blom een veel positiever effect. Blom wil daarom juist alleen een positief beeld laten zien. “Ik plaats bijvoorbeeld een filmpje van vogeltjes die zitten te scharrelen tussen alle blaadjes. Dan zeg ik niet: je moet al je blaadjes laten liggen. Dan laat ik alleen zien dat ik mijn blaadjes laat liggen en daardoor veel leuke vogeltjes in mijn tuin heb.” 

Volgens Wietske Stoellinga kan je niet vroeg genoeg beginnen met het aansturen op gedragsverandering. Stoelinga is de oprichter van ‘Eco-Schools’, een organisatie die scholen en leerlingen helpt om duurzamer te worden. Hierdoor heeft ze een goed beeld van hoe bewust mensen bezig zijn met het klimaat en welke associaties ze hierbij hebben. “Volgens mij is de toon van het klimaatdebat nu erg kil. Meestal wordt er enkel naar de cijfers gekeken en niet naar hetgeen gedragsverandering zou kunnen opleveren”, zegt Stoellinga. Ze is ervan overtuigd dat dit de juiste aanpak is om de doelgroep te prikkelen. Dit lukt naar eigen zeggen ook goed. “Natuurlijk hebben we altijd kinderen die sceptisch zijn, zeker in het oosten van het land. Dan hoor je vaak: “Mijn vader heeft een boerenbedrijf en wij worden thuis helemaal gek van alle ‘duurzaamheid’”. Hoewel dit de uitdaging op dat specifieke moment wat groter maakt, is het gesprek wat hierop volgt juist heel leerzaam”, aldus Stoellinga. “Zo’n gesprek kan namelijk zowel leerzaam zijn voor dit kind zelf als voor de andere kinderen die dit gesprek meekrijgen.” Het advies dat Stoellinga graag aan de journalistiek wil geven sluit daar dan ook goed op aan. “Het zou bijvoorbeeld heel goed zijn als de gevestigde media eens wat meer naar het Jeugdjournaal zouden kijken. Dit programma laat namelijk zien hoe eenvoudig het kan zijn om iemand aan te sporen zijn gedrag te veranderen. Daar zouden andere media veel van kunnen leren.”

Ben je benieuwd naar de persoonlijke beleving van klimaatburgemeester Blom en deze XR-klimaatactivisten? Bekijk dan de video’s!

In deze video zie je de persoonlijke beleving van klimaatburgemeester Iris Blom, gespeeld door acteur Harry Zomerdijk.
In deze video zie je de persoonlijke beleving van XR-activisten Brenda van Dinther en René van Keulen, gespeeld door acteur Puck Weerts.
+ berichten
+ berichten
+ berichten

Geselecteerd door de redactie

Deel dit bericht

Lees verder

Rattenplaag en onrust: buurtbewoner laat spoor van chaos achter 

In een normaal gesproken rustige buurt in de gemeente...

Nederlandse schrijvers en journalisten pleiten in petitie voor een staakt het vuren in Gaza

Het geweld in de Gazastrook blijft doorgaan en veel...

Ondanks gewonnen rechtszaak gaat Efteling nog niet uitbreiden

De Efteling heeft de rechtszaak over het bezoekersaantal, dat...