Home Blog Pagina 12

Nóg een jaar Bohemian Rhapsody op nummer 1 van de Top 2000? 

Als je een beetje bekend bent met de Top 2000, zul je wel kunnen inschatten wat er in de top 3 zal staan. In het 25-jarige bestaan heeft Bohemian Rhapsody van Queen elke editie in de top 3 gestaan. Met een goede gok zou je ook kunnen zeggen dat Bohemian Rhapsody opnieuw op nummer 1 zal staan, zoals al 20 keer eerder is gebeurd. Hotel California van de Eagles heeft ook al 23 keer in de top 3 gestaan, dus een gok dat deze net als voorheen op nummer 2 zal staan, is ook niet ver gezocht. 

Deze liedjes komen uit 1975 en 1976. Andere veel voorkomende liedjes in de top 3 komen ook uit deze tijd. Child in Time van Deep Purple, uit 1968, stond 7 keer in de top 3. Stairway to Heaven van Led Zeppelin, uit 1971, stond 6 keer in de top 3. De Top 2000 draait om de populariteit van liedjes, maar komen de beste liedjes echt uit de jaren ’70? Zijn er daarna nooit betere liedjes geschreven? 

Waarom

Neuropsycholoog en hoofddocent aan de Universiteit Leiden Rebecca Schaefer heeft in 2021 aan Universiteit Leiden Nieuws een aantal redenen voor de top 3 gegeven. Schaefer beweert dat de herhaling juist is wat luisteraars fijn vinden aan de Top 2000. “Hoe vaker je ernaar luistert, hoe gelaagder de herinnering wordt. Sommige liedje heb je je hele leven bij je. Daar heb je veel associaties en gevoelens bij”, aldus Schaefer.  

Een liedje zoals Bohemian Rhapsody is volgens Schaefer dus in de Top 2000 gekomen door de positieve verbinding die luisteraars hebben gemaakt tussen het liedje en hun eigen verleden. Daarbij heeft het ook een versterkend effect: zolang Bohemian Rhapsody in de top 3 blijft staan, wordt het dieper verbonden met deze plaats voor luisteraars van de Top 2000. Bohemian Rhapsody is nummer 1, omdat het nummer 1 was. Liedjes uit de jaren ’70 staan voornamelijk in de top 3 omdat ze al in de top 3 stonden, niet per sé omdat ze de beste zijn. 

Erasmusschutter Fouad L. voor het eerst in rechtszaal met nabestaanden: ‘Het is maar gewoon een mannetje’

ROTTERDAM – In de extra beveiligde rechtbank in Rotterdam stond vanmiddag de laatste pro-formazitting in de zaak van Fouad L. op het programma. Het was vooral voor de nabestaanden een confronterende middag, want L. verscheen voor het eerst zelf in de rechtszaal.

Fouad L. wordt ervan verdacht op 28 september vorig jaar zijn buurvrouw Marlous (39) en buurmeisje Romy (14) te hebben vermoord. Daarna zou hij op het Erasmus MC de docent en huisarts Jurgen Damen (43) dood hebben geschoten.

Het is even na half twee als de rechter de regiezitting in Rotterdam opent. Niet veel later wordt Fouad L. naar binnen gedirigeerd door de parketpolitie. De geboren Utrechtenaar werpt een nonchalante blik door de zaal, ploft neer in het bankje naast zijn advocaten en doet op zijn gemak zijn jas uit. Op de achterkant van zijn grijze sweater valt ‘PI Vught’ te lezen.

‘Mannetje met een vuurwapen’

Tot dusver was L. bij geen enkele andere zitting aanwezig, maar vandaag werd hem vriendelijk doch dringend verzocht wel op te komen dagen. De rechtbank wil hem laten wennen aan de zaal vol met slachtoffers, nabestaanden, media en andere belangstellenden.

De laconieke entree van L. maakt veel los bij de nabestaanden. “Als je hem zo ziet zitten, is het ook maar gewoon een mannetje”, klinkt er. “Maar wel een mannetje met een vuurwapen”, reageert een andere nabestaande. Als de namen van de slachtoffers worden herhaald door het Openbaar Ministerie, lopen de emoties hoog op en moeten enkele aanwezigen de zaal zelfs kort verlaten.

Als de rechter vraagt hoe L. het ervaart om in de rechtszaal te verschijnen, antwoordt hij kort: “Ik ben geen fan van volle zalen, maar laten we beginnen”.

Computer in het hoofd

De zitting gaat voornamelijk over een gedragsonderzoek van het Pieter Baan Centrum. Hierbij heeft L. gezegd dat hij gesprekken voerde met een computer in zijn hoofd, die hij zelf ‘de partitie’ noemt. Hij zou meermaals met deze computer overleg hebben gepleegd ‘over de vraag hoeveel mensen hij zou doden om zijn wraakgevoelens te bevredigen’.

De advocaat van L. draagt ook enkele woorden van haar cliënt voor over het doden van de slachtoffers: “Ik wilde het niet, maar ik kon niet anders”. L. zou onderhandeld hebben met de partitie om het aantal slachtoffers te beperken, maar toch de opdracht hebben gekregen om de slachtoffers te doden. “Het is niet wat hij wilde.”

Vervolgens dient de advocaat van L. bij de rechtbank het verzoek in om meer onderzoek te doen naar de partitie om te begrijpen hoeveel macht deze had over L. Het verzoek wordt na een korte onderbreking afgewezen door de rechtbank, wat met geklap wordt gevierd door de nabestaanden. “Ik snap uw uitingen. Het is niet gepast, maar ik snap het wel”, reageert de rechter.

De zaak wordt vanaf 27 januari 2025 inhoudelijk behandelt door de rechtbank.

‘Honeymoonfase’ is voorbij: weinig vertrouwen in kabinet-Schoof blijkt uit cijfers EenVandaag

0

Uit onlangs gepubliceerde cijfers van het Opiniepanel van EenVandaag is te zien dat het vertrouwen in kabinet-Schoof op het laagste punt is sinds het aantreden van het nieuwe kabinet. Volgens politicoloog Rick van Well is dit niet verrassend, maar wat betekent dit voor het kabinet en hoe heeft het vertrouwen zo kunnen dalen?

Daling vertrouwen

In de nieuwe cijfers is te zien dat het vertrouwen in kabinet-Schoof is gedaald naar 33 procent, terwijl het tijdens de start van het kabinet nog 41 procent was. Rick van Well, politicoloog en promovendus aan de universiteit Leiden, legt uit dat dit fenomeen niet ongebruikelijk is. “Wat opvallend is, is dat deze daling als nieuws werd gebracht, terwijl het niet verrassend is,” zegt van Well. “Dit heeft te maken met de zogenoemde honeymoonfase. Direct na de verkiezingen en de formatie van een kabinet stijgt het vertrouwen vaak, omdat de kiezers het voordeel van de twijfel geven. Maar na verloop van tijd worden ze kritischer, zeker als er problemen ontstaan of verwachtingen niet worden waargemaakt. Dat is precies wat we de afgelopen maanden hebben gezien.” 

Van Well benadrukt dat het nog te vroeg is om precies te zeggen wat deze daling op lange termijn betekent voor het kabinet. “Op korte termijn lijkt het erop dat de regeringspartijen elkaar vast zullen houden. Uit wetenschappelijk onderzoek blijkt dat een kabinetscrisis, veroorzaakt door incompetentie of geruzie, negatieve gevolgen kan hebben voor de betrokken partijen bij de volgende verkiezingen. 

Volgens van Well is er momenteel echter weinig sprake van conflict binnen de coalitie. “Er is wel veel discussie, bijvoorbeeld over de onderwijs- en sportbegrotingen, maar die spanningen spelen niet tussen de coalitiepartners onderling.”

Kabinetscrisis

De kabinetscrisis hielp niet mee voor het vertrouwen in het kabinet. Vrijdag 15 november werd bekendgemaakt dat staatssecretaris Nora Achahbar (Toeslagen, NSC) uit het kabinet wilde stappen vanwege onvrede over de integratiediscussie. Er heerste die dag een crisissfeer, vanwege de kabinetsdiscussie die eerder die week plaatsvond over de rellen in Amsterdam. Er kwam naar buiten dat ook andere NSC’ers, net zoals Achahbar, twijfelden over hun positie. De partijleiders van de vier coalitiepartijen werden diezelfde avond nog verwacht bij het Catshuis, betrokkenen moesten rekening houden met een kabinetsval. Die kabinetsval bleef uiteindelijk uit, maar na het officiële vertrek van Achahbar volgde nog twee NSC-Kamerleden: Femke Zeedijk en Rosanne Hertzberger.

Vertrouwen in Den Haag

Het vertrouwen in de politiek in het algemeen neemt ook af: slechts 26 procent denkt dat Den Haag het beste met Nederland voor heeft. Ook hierbij is een daling te zien, in vergelijking met de start van het kabinet, toen had nog 34 procent vertrouwen in Den Haag. Daarnaast is ook het vertrouwen onder kiezers van de coalitiepartijen VVD en NSC gedaald.

Toegankelijk Tilburg blikt tevreden terug op 2024: “Aandacht voor toegankelijkheid groeit”

0

Morgen is het de Internationale Dag van de Mindervaliden. Francis Meulendijks, de directeur van Toegankelijk Tilburg, blikt terug op een succesvol 2024. Het is niet alleen het begin van de viering van hun veertigjarig jubileum in 2025, maar ook een jaar van groei en vooruitgang voor de organisatie. “De grootste winst van afgelopen jaar is dat er veel meer aandacht is gekomen voor het verbeteren van toegankelijkheid.”

Groeiende aandacht
Toegankelijk Tilburg is een belangenorganisatie voor mensen met een beperking, bestaande uit ongeveer 50 mensen, van wie bijna iedereen vrijwilliger is. De meesten hebben zelf ook een beperking. “Waar we vroeger echt moesten protesteren voor aandacht, is dat nu veranderd. We worden inmiddels zelf door de gemeente benaderd als eerste contact bij nieuwe ideeën. Voorheen moesten we moeite doen om twee ervaringstours te organiseren, waarbij mensen kunnen voelen hoe het is om te leven met een beperking. Nu krijgen we acht aanvragen zonder dat we daar zelf iets voor hoeven te doen,” aldus Meulendijks.

In 2024 groeide de organisatie enorm, met meer collega’s en aanzienlijk meer vrijwilligers. Het grootste succes, volgens de directeur, is echter dat de organisatie nu steeds vaker wordt gevraagd door andere partijen, zoals bijvoorbeeld de Lochal, over hoe zij hun toegankelijkheid kunnen verbeteren.

In 2023 werden al belangrijke stappen gezet, zoals de aanleg van rolstoelroutes, het verbeteren van stembureaus en het realiseren van toegankelijke speeltuinen.

Op de Internationale Dag van de Mindervaliden hoef je niet iets speciaals te verwachten van Toegankelijk Tilburg. “Voor ons is elke dag de Dag van de Mindervaliden,” vertelt Meulendijks.

Het aantal mbo-studenten blijft dalen: “In Nederland willen jongeren steeds ‘hoger en hoger’ klimmen.”

Het aantal mbo-studenten is opnieuw gedaald, met een afname van 5% ten opzichte van vorig jaar. En dat is volgens Adkin Tekin, voorzitter van de MBO Raad, alarmerend. “De daling in studentenaantallen gaat sneller dan verwacht, ondanks de positieve aandacht voor het mbo in de samenleving. Mbo’ers spelen een cruciale rol in onze vitale sectoren. We moeten nu in actie komen om te voorkomen dat de boel vastloopt” (MBO Raad, 2024). Ook de jongerenorganisatie voor het beroepsonderwijs JOB MBO en Jelmer Becker, mbo’er in het onderwijsbeleid, benadrukken dat er snel iets moet veranderen.

JOB MBO is de landelijke jongerenorganisatie die mbo-studenten in Nederland een stem geeft in het onderwijs. Nienke Lammertink, beleidsmedewerker bij JOB MBO, benoemt een van de oorzaken van het probleem: “Al jaren geleden probeerde de overheid leerlingen te motiveren om naar de havo of het vwo te gaan, en nu is er een ommekeer waarbij tegen havisten wordt gezegd: ‘Kies voor een mbo-opleiding.’” Volgens Nienke zit het probleem niet alleen in hoe leerlingen worden gestimuleerd, maar ook in hoe er over de verschillende onderwijsvormen wordt gesproken. “We hebben het ook veel over taalgebruik. Het liefst zouden wij de termen ‘lager’ en ‘hoger’ onderwijs achterwege laten. Ook het woord ‘niveau’ draagt bij aan het vergroten van de verschillen.”

Jelmer Becker ziet twee belangrijke redenen voor de daling in het aantal mbo-studenten. “De eerste reden heeft te maken met de algemene daling van het aantal studenten, een demografisch probleem. De tweede reden is dat in Nederland steeds meer jongeren ‘hoger en hoger’ willen klimmen, omdat ze daar meer kansen zien.” Becker benoemt daarnaast de ongelijkheid in het onderwijs: “Het begint al in de kleuterklas, puur door hoe het onderwijssysteem in Nederland is ingericht. Wanneer jij als kind veel cognitieve vaardigheden hebt, sluit het onderwijssysteem veel beter bij je aan dan wanneer je cognitieve vaardigheden minder ontwikkeld zijn, terwijl je wel goed bent met je handen.”

Andere toetsing

Volgens Becker moeten we op een andere manier naar leerlingen en studenten kijken. “We moeten binnen het onderwijssysteem de pijlers verbreden. Er moet niet alleen gekeken worden naar cognitieve vaardigheden, maar ook naar wat een leerling kan met zijn of haar handen en naar technische inzichten.” Op deze manier krijgen mensen die goed zijn met hun handen gelijke kansen als mensen met meer cognitieve vaardigheden.

Halverwege oktober is de campagne ‘De Talentenmaatschappij’ gestart. Hierbij vragen Dennis de Vries (wethouder Gemeente Utrecht) en vier bestuurders van verschillende mbo-scholen aandacht voor de gelijkwaardigheid van het mbo-onderwijs. Binnenkort komt de gemeente Utrecht met een position paper over het probleem, de visie en de aanpak.

Oplossing voor ontevredenheid bij tienermeiden over hun online leven 

0

Uit onderzoek van de Kinderombudsman blijkt dat de digitale opvoeding van ouders vaak vooral gericht is op controle en bescherming. Veel ouders tonen weinig interesse in de onlinewereld van kinderen en jongeren en geven niet altijd het juiste voorbeeld. Zoals dat ze bijvoorbeeld meer op hun telefoon zitten dan dat ze tijd doorbrengen met hun kind. Daar wil de Kinderombudsvrouw verandering in brengen. Margrite Kalverboer: “We moeten meer aandacht hebben voor de verschillende behoeftes van jongens, meisjes en hen die zich anders identificeren.’’

De oplossing

Margrite doet daarom een dringende oproep aan ouders om een actief, betrokken en open gesprek te voeren met hun kinderen. Je kan dan bijvoorbeeld bespreken wat hun online-ervaringen zijn en wat hen zou helpen om zich prettig te voelen in de digitale wereld, maar je kan het ook hebben over wat zij nodig hebben om zich daar optimaal te ontwikkelen.

Effectief of niet?

Maar heeft een open gesprek met je ouders over sociale media wel effect? ‘’Jonge pubers nemen vaak niet veel van hun ouders aan. Ze maken het liefst zelf keuzes dus ik denk zelf niet dat het helpt, als het helpt is dat voor een kleine groep, maar alles is mooi meegenomen” aldus kinderpsycholoog Marsha Hamers.

Te laat

Marsha Hamers: ‘’Op de leeftijd van 13+ ben je echt te laat, in de puberteit hoor je je af te zetten tegen je ouders. Daarbij kunnen niet alleen ouders er iets aandoen, maar het zou ook helpen als ze er op een jonge leeftijd al mee zouden beginnen bij sportclubs, muziekles en de basisschool.”

Chef Bahadoer trots op plaats in top 1000 restaurants wereldwijd: “Een navigatie naar je restaurant toe!”

0

Afgelopen maandag kwam ‘La Liste’ met de jaarlijkse ranglijst van de 1000 beste restaurants wereldwijd, De Librije is met een gedeelde 5e plaats het hoogst genoteerde Nederlands restaurant. Naast De Librije stonden er nog 21 andere Nederlandse restaurants in de lijst, De Librije had een score van 97.5%, De Lindehof uit Nuenen behaalde een score van 92.5%.  

Sterren chef en tevens eigenaar van De Lindehof, Soenil Bahadoer, is blij met de waardering die zijn restaurant krijgt. “Elke positieve waardering is de navigatie naar je restaurant.” Chef Bahadoer is al bijna 30 jaar eigenaar van de sterrenzaak in Nuenen, in 2004 ontving hij zijn eerste Michelin ster en tien jaar later ontving hij zijn tweede.  

La Liste wat in 2015 ontstond in Frankrijk brengt jaarlijks een top 1000 uit, een ranglijst van de 1000 beste restaurants wereldwijd. “Dat het een Franse lijst is zie je wel, al wordt de lijst wat meer divers, we staan er als Nederland internationaal steeds beter op”, vertelt Chef Bahadoer. Hij ervaart de waardering niet als last, “nee helemaal niet, ik ben een strever, als ik kook wil ik goed koken. De juiste instelling is belangrijk.”  

Ey!Daily NieuwsPodcast S.2 Afl.1

Luister nu naar de eerste aflevering van de EY!Daily podcast. Jouw nieuwsupdate van de meest interessante verhalen van de week. Dus stap in de EY!Daily nieuwsbubbel!