Er reizen nog altijd minder mensen met het openbaar vervoer dan voor de coronacrisis. Dat concludeert het Centraal Bureau voor de Statistiek. Vooral mensen die thuis kunnen werken, laten het OV steeds vaker links liggen. Deze achterblijvende aantallen veroorzaken de nodige financiële problemen voor vervoerders. Ondanks de effectiviteit van nieuwe initiatieven, zitten de OV-aanbieders met de handen in het haar.
Op een gemiddelde werkdag checken reizigers 3,5 miljoen keer in. Ruim een half miljoen keer minder dan in 2019, het laatste jaar voor de coronacrisis. Een woordvoerder van de NS noemt thuiswerken als belangrijkste oorzaak. ‘’Dat is inmiddels voor veel mensen een standaard geworden, terwijl er voor corona veel minder thuis werd gewerkt. Zo is vrijdag de ‘nationale thuiswerkdag’ geworden en zien wij nauwelijks nog een spits in de trein.’’ En dat terwijl de ANWB eerder nog meldde dat het aantal files wel weer helemaal terug op het oude niveau is. Waar de auto weer volop in gebruik is, laten mensen de trein of bus steeds vaker links liggen.
Financiële problemen
Minder reizigers betekent minder inkomsten, en dat voelen de verschillende vervoerders in hun portemonnee. ‘’Tijdens corona hadden we de beschikbaarheidsvergoeding OV, een staatscompensatie zodat we konden blijven rijden. Die is er niet meer, dus we moeten onze eigen broek weer ophouden,’’ vertelt een woordvoerder van Connexxion. ‘’Tussen de opgave van klimaatneutraal gaan vervoeren en verduurzamen is dat niet per se een ontwikkeling die ons ten goede komt natuurlijk. We moeten met een ander budget werken, waardoor je ook andere keuzes moet maken.’’
Volgens Arriva hebben ook de gestegen brandstofkosten een behoorlijke impact en gaat het bedrijf kritisch kijken naar hun aanbod van openbaar vervoer. De NS geeft te kennen dat ook zij zich hierin herkennen en het financieel niet goed gaat sinds de pandemie.
Teruglokken
Ondertussen doen vervoerders van alles om de bus of trein aantrekkelijker te maken. Denk bijvoorbeeld aan de introductie van OVpay, de mogelijkheid om met je betaalpas in en uit te checken. En met succes, concludeert Connexxion. ‘’Het is enorm goed aangeslagen. Mensen hebben geen last meer van die OV-chipkaart, die ze vaak kwijtraakten of niet wisten hoeveel saldo er nog opstond. De drempel om voor het openbaar vervoer te kiezen is veel lager geworden. Vooral dagjesmensen zien nu het gemak van de bus.’’ Opvallend is dat het aantal check-ins in het weekend juist hoger ligt dan vijf jaar geleden, voornamelijk door deze doelgroep. De NS hoopt dat meer mensen voor de trein kiezen door de dienstregeling te verbeteren. Zo rijden er vanaf komende december 3400 treinen per week meer dan een jaar ervoor en worden de prijzen verlaagd op momenten dat het rustig is.
Personeelstekorten
Hoewel de vervoerders maar al te graag de cijfers van voor de pandemie zouden willen evenaren, is het maar de vraag of ze deze aantallen überhaupt wel vol zouden kunnen houden. De NS werd afgelopen zomer nog op de vingers getikt door staatssecretaris Vivianne Heijnen (Infrastructuur) omdat er te weinig treinen reden, waarvoor ze de maximale boete kregen. In september van dat jaar reden er zeven procent minder treinen dan in 2019, wat voor de nodige extra drukte en uitval zorgde. De reden: personeelstekort. Ook Connexxion heeft hiermee te maken. ‘’Als iedereen nu zou terugkeren, is het maar de vraag of we ook genoeg medewerkers hebben om al die mensen te kunnen vervoeren. We willen wel werken aan meer reizigers, maar er moet ook wat gedaan worden aan de personeelstekorten.’’
Ondanks alle inspanningen verwachten de aanbieders dat het oude niveau voorlopig niet gehaald wordt. Waar Connexxion spreekt van ‘een meerjarentraject’ mikt de NS op 2030. ‘’Dat komt niet zozeer doordat thuiswerkers weer met de trein gaan, maar onder andere door bevolkingsgroei in Nederland. Het heeft dus ook wel met factoren te maken die niet in onze hand liggen.’’