Afgelopen maandag werd niet alleen tweede paasdag gevierd, maar ook het 23-jarig jubileum van het Nederlandse homohuwelijk, dat op 1 april 2001 werd ingevoerd. Nederland was destijds het eerste land ter wereld dat het homohuwelijk legaliseerde. Sindsdien volgden zo’n 32 landen. Grote kans dat Thailand binnenkort ook deel uitmaakt van deze groep.

Het lagerhuis van het parlement in Thailand keurde afgelopen woensdag een wetgeving goed die pleit voor het legaliseren van het homohuwelijk. “Hier is meer dan vijftien jaar heel hard voor gestreden door allerlei mensen uit de gay-scenes”, vertelt Irene Stengs, hoogleraar antropologie van ritueel en populaire cultuur. In het huis van afgevaardigden waren 400 van de 415 parlementariërs voorstander. Een motief hiervoor van veel parlementariërs is dat het positief signaal kan afgeven voor de lhbti-toeristen. Dit kan de toeristische sector stimuleren. De senaat moet hierna ook nog instemmen en de koning moet de wetgeving eveneens goedkeuren. 

Ondanks de ‘vroege’ legalisatie van het homohuwelijk in Nederland, vergeleken met Thailand, betekent het niet dat de heteronormativiteit hier is verdwenen, aldus Stengs. “Dan nog is hier nog steeds veel structurele homo-haat, wat op allerlei manieren naar boven kan komen.” Stengs doelt hier onder andere op ‘potenrammers’, mensen die eropuit trekken om homoseksuelen in elkaar te slaan. Een onderzoek van het Sociaal en Cultureel Planbureau toont dat van 2016 tot 2021, 11% van de lesbische/homoseksuele gemeenschappen slachtoffer zijn geweest van een geweldsdelict.