Home Blog Pagina 2

Thema-avond zorgt voor diepe discussies: “Trans zijn is geen trend”

TILBURG- Hoe is het om een trans persoon te zijn? Waarom is de spatie tussen trans man zo belangrijk? En hoe vertel je tegen je partner dat je wilt transitioneren? Al deze zaken en nog veel meer kwamen te pas in thema-avond: Trots trans, identiteit gevierd, georganiseerd door Bibliotheek Midden-Brabant, Stichting Tilburg Pride en COC Tilburg-Breda.

Een knusse zaal in de LocHal was het podium van deze thema-avond. Ilona Ananya, trans vrouw en ervaringsdeskundige, trapte de avond af met een prozagedicht. Ze vertelde over hoe belangrijk de spatie tussen trans man, trans vrouw of trans persoon is. “Het is hetzelfde als iemands pronouns benoemen. Met een spatie erken je dat een trans man écht een man is”. Ze vertelde dat er zoveel vrijheid zit in één spatie. Vervolgens ging ze praten over de zorg. Zorgen die familieleden hebben over een transitie, zorgkosten en zorgen om wachtlijsten, “Wie zorgt er voor mij?”. Zegt Ilona. “Transrechten zijn mensenrechten, en liefde is liefde.”

Daarna kwam een paneldiscussie. Hier werden onderwerpen besproken zoals de vraag of transgender zijn een ‘trend’ is, en discriminatie in de queer-gemeenschap. Lisa Westerveld, Tweede Kamerlid van GroenLinks-PvdA, deelde haar mening over de transitiediscussie in het kabinet: “We hebben te maken met propaganda over trans personen, dit voel je ook in de Tweede Kamer.” Suzan Foster, bestuurslid van COC Tilburg-Breda heeft er dit over te zeggen: “Er worden zoveel leugens verteld. Aan de ene kant ben je kwetsbaar, aan de andere kant word je als pedo bestempeld. Trans zijn is geen trend, we zijn er altijd geweest.”

Psycholoog Lieke Mathijssen vertelde dat er nog veel gevoelige onderwerpen zitten in de Queer-gemeenschap: “Transitiespijt is een taboe.” Ilona voegde daar iets aan toe: “Mensen die twijfels hebben zijn bang voor reacties. Aan hen wordt verteld: “Wil je geen geslachtsoperatie? Dan tel je niet mee.”” Suzan vertelde: “We vechten tegen een onzichtbare vijand die nu ook in onze gemeenschap zit”.

De avond werd afgesloten met een TED-Talk van Lieke. Ze vertelde wat over haar baan als psycholoog bij BuroJIJ Genderzorg, de uitdagingen die zij meemaakt en hoe zij personen in transitie ondersteunt. “Het is belangrijk om jezelf te kunnen zijn”, zei Lieke. “Alleen jij weet wat je voelt”. Een van haar grootste uitdagingen is de partner betrekken met het transitieproces. Ze hoort soms zinnen als “Ik ben toch niet lesbisch?” of “Je hebt me belazerd!”. Ook ouders hebben moeite om hun kind in transitie te zien: “Ouders hebben vaak tijd nodig om aan het huidige beeld van hun kind te wennen”.

De thema-avond viel in de smaak bij het publiek. Een trans man in het publiek vertelde: “Er zijn een hoop redenen om contact te staan met de huidige discussie. Het is belangrijk om samen verhalen te delen met elkaar.”

In het donker vertrekken en thuiskomen: hoe ontkom je aan een winterdip?

0

Met de decembermaand in het vooruitzicht zullen fulltimers minder daglicht gaan zien, terwijl je lichaam tijdens deze koude wintermaanden juist baat heeft bij naar buiten gaan. Sommige mensen zijn er gevoeliger voor dan anderen, maar een winterdip of zelfs een winterdepressie is iets waar veel mensen elk jaar opnieuw tegenaan lopen. Esther van Fenema, psychiater en columnist, denkt mee over hoe je als fulltime werker deze dip kunt voorkomen.

Vermoeidheid, somberheid, weinig motivatie of slecht in slaap kunnen komen zijn allemaal (mogelijke) symptomen van een winterdip. Soms hebben mensen zelf niet door dat ze deze gevoeligheid met zich meedragen en dus beginnen ze elk jaar weer de slopende herhaling van een winterdip. Er zijn genoeg mensen die niet weten dat je deze dip kunt voorkomen.

De dip kan ook ontstaan door de stress van de feestdagen, maar ook door het gemis van een verloren familielid, wat rondom deze tijd meer naar boven kan komen. Mensen kunnen zich gaan afzonderen en sociaal contact vermijden, waardoor de somberheid verergert. Met een drukke studie, stage of baan kan het lastig zijn om met deze winterdip om te gaan. Je ziet weinig daglicht, en de kortere dagen kunnen zorgen voor meer melatonine-aanmaak. Dat is een stofje waardoor men zich slaperiger gaat voelen, dit kan resulteren in minder motivatie en prestatie op de werkvloer.

Een winterdip tegengaan kan op verschillende manieren. “Om een dip te voorkomen moet je eerst een aantal dingen bij jezelf herkennen. Wat doet deze winter met jou? Vanuit daar kun je kijken wat je nodig hebt. Vervolgens kun je een plan maken: wat heb ik nodig, of wat juist niet? En vooral: waar voel je je oké bij?” Daarnaast is het volgens Esther belangrijk dat je gezond eet, jezelf niet afsluit en sociale contacten blijft onderhouden, en bovenal: voldoende beweegt.

Het gaat om herkennen hoe je op bepaalde dingen reageert. Vind je de stress rondom de feestdagen lastig? Merk je aan jezelf dat je neigt naar ongezonder eten of liever binnen blijft dan frisse lucht opzoekt? Dit zijn allemaal signalen waar je op kunt letten en waar je vanuit daar actie op kunt ondernemen.

 De winterdip uit zich bij iedereen anders, en de ene is er gevoeliger voor dan de ander. Esther benadrukt ook dat je, als je een beroep hebt waarbij je altijd binnen zit, je tussen de middag écht een keer naar buiten moet.

Een dip tegengaan betekent aanvoelen, voelen hoe je lichaam reageert en kijken wat je nodig hebt. Weet je van jezelf dat je goed reageert op regelmaat? Zorg er dan voor dat je die, zeker in deze tijd, behoudt. In het boek ‘De Mentale Schijf van 5’ kun je hier meer over lezen.

Sinds enige tijd bestaan er ook lampen voor mensen die moeite hebben met in het donker wakker worden. Deze worden, net als de ‘echte’ zon, tijdens het opstaan feller. Dit zou helpen om mensen meer energie te geven tijdens de koude en vooral donkere ochtenden. Ook zouden vitamine D-pillen kunnen helpen, omdat mensen dit in de winter minder binnenkrijgen door minder zonlicht. Volgens Van Fenema kunnen deze oplossingen wellicht helpen, maar het is wel van belang dat je onderzoekt of de hoeveelheid licht voldoende is, en of de vitamine D-pillen betrouwbaar en wel écht effectief zijn. Een winterdip herkennen en vervolgens tegengaan kun je zelf. Dat betekent niet dat je er alleen voor staat. Er is altijd hulp vanuit specialisten, en ook mensen die dichtbij je staan kunnen je een luisterend oor bieden. Let een beetje op elkaar, zeker rond deze tijd.

Restanten oorlogsvliegtuig en explosieve munitie geborgen voor nieuwbouw in Dordrecht

0

Wonen onder munitie dat nog kan exploderen. Dat is een gedachte die eigenlijk niemand wil hebben. Om die reden heeft er ook een bijzondere vliegtuigberging plaatsgevonden in Dordrecht. In de nieuwe Amstelwijck, die wordt gebouwd in het zuiden van de stad, moesten restanten van een Spitfire-vliegtuig worden geborgen, die zelfs nog munitie aan boord had wat onschadelijk gemaakt moest worden.

Op 3 november 1944 vloog het Spitfire-vliegtuig van Engeland naar het bezette Europa met aan boord de Belgische piloot Henri Goldsmit. Het vliegtuigje werd door een Duits afweergeschut uit de lucht geschoten. Goldsmit stortte neer op Landgoed Amstelwijck. Direct na de crash was het lichaam van de piloot al geborgen. Ook waren grote delen van het vliegtuigje al geborgen. In 1945 werd een rapport opgesteld van de crash. Maar er lagen nog restanten van het vliegtuig op het landgoed.

Bouw nieuwe woonwijk Amstelwijck / Foto: Nigel Koek

Iets meer dan 80 jaar na dato is besloten de restanten van het vliegtuigje te laten bergen. Dat moest vanwege de bouw van een gloednieuwe woonwijk met nieuwe eengezinswoningen. Waarom zijn die restanten eigenlijk niet eerder geborgen? Een lange tijd gebeurde er niet veel op Landgoed Amstelwijck, waar de restanten van het wrak lagen. Totdat de nieuwbouwplannen er kwamen. “Er komen hier veel nieuwe eengezinswoningen. Voor de bouw van die eengezinswoningen was het noodzakelijk om de resten van het vliegtuig te bergen, omdat er mogelijk nog munitie aan boord was wat kan ontploffen. Ook heb je te maken met asbest, en als nieuwe bewoner wil je dat ook niet onder je huis hebben”, vertelt wethouder Rik van der Linden.

Een voorbeeld van een 20 mm granaat wat tot ontploffing is gebracht / Foto: Nigel Koek

En er is daadwerkelijk munitie gevonden. “Bij de berging van het Spitfire-vliegtuig zijn er ‘20 millimeter munitie granaatjes’ gevonden, wat ter grote is van je duim. Deze munitie is tot ontploffing gebracht. Opgraving was hiervoor noodzakelijk”, vertelt Coen Cornelissen, Stafofficier Vliegtuigberging bij de Koninklijke Landmacht. Die de opdracht van de berging heeft geleid.  “Het bergen van het vliegtuigje voelde heel eervol en enorm bijzonder. Zo’n opdracht als deze komt niet al te vaak voor.”, vertelt Cornelissen.

“De geschiedenis is zo weer tot leven gekomen. In de nieuwe woonwijk komt er een vorm van herkenning wat laat zien dat hier een oorlogsvliegtuig is neergestort voor onze vrijheid”, aldus wethouder Van der Linden.  De restanten van het Spitfire-vliegtuig zijn nu helemaal geborgen. Het ministerie van Defensie kan gaan beginnen met het opruimen van hun spullen. Hierdoor kan de bouw van nieuwe eengezinswoningen gaan beginnen in Dordrecht. Op 4 mei 2025 herdenkt de gemeente de omgekomen piloot Henri Goldsmit met een blijvend eerbetoon.

De Nachtzuster: het podium voor jonge kunstenaars van Tilburg

De kunstgemeenschap in Tilburg is de afgelopen jaren enorm gegroeid. Evenementen en openbare kunst zoals streetart zorgen voor nieuwe kleur in de stad. Voor jonge kunstenaars kan het tonen van hun kunst erg spannend en soms zelfs onbetaalbaar zijn. De Nachtzuster biedt daar een oplossing voor.

Groei

Door een toename van het aantal kunstenaars, openbare kunst, hoeveelheid evenementen en locaties zien we steeds meer kunst in Tilburg. De gemeente Tilburg is daarnaast meer betrokken geraakt bij de kunst in de stad. Dit wordt gedaan door jaarlijkse subsidies en ondersteuningsprogamma’s. Zo staat er in het Cultuurplan 2025-2028 een bedrag van meer dan 1 miljoen als subsidieplafond om verder te investeren in kunst. De gemeente werkt hierbij samen met onder andere Stichting Ateliers Tilburg, een non-profitorganisatie die cultureel vastgoed beheert en ontwikkelt.

De Nachtzuster

De Nachtzuster, een ‘atelier café, is onderdeel van zo’n subsidieprogramma. Het café bevindt zich net buiten het centrum van Tilburg in het Carré-gebouw. Dit was voorheen het St. Elisabethziekenhuis en hier is het café naar vernoemd. Maar nu wordt het gebouw dus bezet door honderden ateliers. De Nachtzuster is iedere donderdag van 10:00 tot 17:00 uur open. Het is een gezellig en artistiek gebouw waar mensen samen kunnen komen om te werken, te schilderen, of gewoon te ontspannen.

Oplossing

Naast het café, dient de Nachtzuster op vrijdagen als een ware ‘broedplek’ voor jonge kunstenaars. Op vrijdagen kunnen zij de ruimte huren en gebruik maken van de daarvoor bestemde subsidie. Op deze manier krijgen de artiesten een plek aangeboden waarin zij zich kunnen laten zien. Het huren van een ruimte kan vaak prijzig zijn, dus mede dankzij de subsidies is dit een goede uitkomst. Voor de jongeren die het nog spannend vinden om het alleen te doen is er nog een oplossing, namelijk de ‘vakbroeders’. Dit zijn ervaren mensen in het vak die als begeleider kunnen helpen.

“Er is altijd iets nieuws”
Jasmin Toivanen, organisator van de programma’s op vrijdagen, is erg enthousiast over het café dat sinds 2019 geopend is. “Het biedt jongeren een ruimte aan, die zij zelf mogen inrichten tijdens een eigen georganiseerde avond. Elke vrijdag is het weer helemaal anders ingedeeld. De ene keer is het een catwalk voor een modeshow, dan een bos met écht gras. Alles kan”.

Volgens Toivanen draait het in het café ook totaal niet om het geld, maar om wat zij anderen kan bieden. “Ik adem en slaap dit café”, zegt ze. Jongeren met kunstideeën kunnen hun plannen bij Toivanen neerleggen en samen iets organiseren.

Beatrix College voorbereid op online bedreigingen

0

Deze week zijn er talloze online bedreigingen geweest op middelbare scholen. Door landelijk kopieer gedrag bewegen de online bedreigingen door heel Nederland, maar niet in Tilburg. ”Als we in actie moeten komen dan doen we dat”, geeft Annika van Heeswijk namens het Beatrix College (middelbare school in Tilburg) aan. 

Vandaag werden meerdere middelbare scholen in Leeuwarden en eerder deze week middelbare scholen in Breda en Den Bosch slachtoffer van online bedreigingen. Bij de buren in Tilburg is het vooralsnog rustig geeft communicatieadviseur Annika van Heeswijk aan. ”Deze week is er voor ons niks veranderd. Onze leerlingen zijn niet echt met de bedreigingen bezig”, aldus Van Heeswijk. Later vertelde Van Heeswijk ook dat ze dat zo willen houden omdat ze geen kopieergedrag op willen wekken. 

”Het kan snel bewegen naar Tilburg en dan hebben we daar onze protocollen voor klaarliggen” 

Het Beatrix College is dus goed voorbereid voor een plotselinge bedreiging. Niet omdat ze politie hebben ingezet op de school, maar omdat er standaard al maatregelen worden genomen om een fijne en veilige sfeer op school te creëren. ”We staan in nauw contact met jongerenwerk en lessen over sociale media en hoe je zowel fysiek als online respectvol met elkaar omgaat, zijn onderdeel van ons curriculum”. Aldus Van Heeswijk. Juist omdat het steeds een groter thema wordt verdient dit volgens de school meer aandacht. Ook communiceert de school met de leerlingenraad om op de hoogte te zijn van wat er onder de leerlingen speelt.  

OMO-bureau licht Tilburgse scholen in 

OMO (Ons Middelbaar Onderwijs) is een vereniging gelegen in Tilburg voor middelbare scholen. Dit zijn voornamelijk scholen uit Noord-Brabant waarvan een groot deel uit Tilburg. Het OMO-bureau heeft in Den Bosch en Etten-Leur al te maken gehad met online bedreigingen. ”De informatie van de afgelopen dagen over de dreiging in Etten-Leur en Den Bosch is ook gedeeld met de OMO-scholen in Tilburg”, laat het bestuur van OMO weten.  

Dit doen ze zodat de desbetreffende middelbare scholen in Tilburg op de hoogte zijn van de communicatiestukken tussen de bedreigde scholen, het OMO-bureau en de politie. ”Die stukken kunnen de OMO-scholen in Tilburg dan gebruiken om bijvoorbeeld ter informatie naar de ouders en leerlingen door te sturen”, verteld Marit Goosen (woordvoerder OMO) 

Nieuwe SPAR city biedt uitkomst voor studenten: ‘Het heeft alles wat een studentenwinkel moet zijn’

De SPAR city aan het Burgemeester Stekelenburgplein is nog geen maand geopend, maar studenten weten de gemakswinkel inmiddels al goed te vinden. Het is op loopafstand van Mindlabs, ze verkopen er ‘lekker warme en verse’ frikandelbroodjes en er is zelfs de optie voor een ‘fatsoenlijke maaltijd’. ,,Alles wat we doen, is afgestemd op de studenten, medewerkers en omwonenden van de Spoorzone”, benadrukt franchisenemer Altan Altiok.

Of ik een paar vragen mag stellen aan Altan Altiok, franchisenemer van de recent geopende SPAR city aan het Burgmeester Stekelenburgplein? ,,Het is nu spitsuur. Na twee uur zou dat kunnen, want we willen alle klanten zo goed mogelijk helpen”, legt vrouwlief Çiğdem Altiok vriendelijk uit. De opening van de winkel liep meerdere keren vertraging op, omdat de SPAR geen gewone ondernemer wilde  – volgens een woordvoerder is het ‘topsport’, iets heel anders dan het runnen van een buurtwinkel in een dorp.

De winkel richt zich namelijk op mensen die van en naar het station gaan, evenals op bezoekers van de Spoorzone. Deze locatie, met de bibliotheek Lochal en MindLabs waar diverse opleidingen zijn ondergebracht, trekt immers veel studenten aan. Wat betekent de komst van deze – om het dan maar topsportlocatie te noemen – voor hen?  

Loopafstand
Het is 12.00 uur wanneer voornamelijk studenten om de haverklap binnenstromen. Onder hen bevindt zich ook Fedor Ritmeijer, die Journalistiek studeert in MindLabs en eerder deze week voor het eerst de SPAR city bezocht. ,,Ik hoorde van een klasgenoot dat deze winkel nieuw is”, zegt hij daarover. Voor Loek de Werdt, die dezelfde opleiding volgt, is het zijn allereerste kennismaking met de winkel. Door – zoals hij ze noemt – ‘redactieleden’ werd het balletje geopperd om mee te gaan.

Het is op loopafstand, dat staat buiten kijf: vanuit Mindlabs is het slechts 250 meter lopen. Voor grotere supermarkten zoals de Plus en Albert Heijn XL moeten studenten drie keer zo ver lopen, wat voor zowel Ritmeijer als De Werdt reden is om voortaan de voorkeur te geven aan de SPAR city. ,,Nu ben ik niet meer dan een halfuur kwijt om een lunch te halen. Dat is ideaal, zeker als ik het druk heb”, geeft De Werdt als argument.

Altiok merkt op dat steeds meer studenten dezelfde keuze maken. ,,Ik zie er steeds meer. Ik denk dat zij zo’n 70 procent van onze klandizie vormen”, schat hij in.

Studentenwinkel
Aan de overkant van de nieuwe gemakswinkel, in de Stationspassage om precies te zijn, bevindt zich al jaren een andere: de Albert Heijn to go. Zien studenten de SPAR city dan niet simpelweg als een nieuwtje?

Ritmeijer, die een ‘lekker warm en vers’ frikandelbroodje in de koffiehoek nuttigt, vindt het fijn dat die mogelijkheid er is, in tegenstelling tot bij de AH to go. ,,Het is alleen wel heel erg krap”, plaatst hij als kanttekening. ,,Voor de prijs van een vers frikandelbroodje bij de AH to go, heb ik hier drie bollen”, beweert De Werdt, terwijl hij de zak met daarin onder andere een Mediterrane bol in zijn handen houdt. ,,En als ik een fatsoenlijke maaltijd wil, is die optie er ook”, voegt hij eraan toe. ,,Het heeft alles wat een studentenwinkel moet zijn”, concludeert De Werdt.

Bovendien blijkt uit een enquête, gehouden door studenten Journalistiek, dat medestudenten de kantine But First Coffee in MindLabs te duur vinden. Michel Goebbels, manager bedrijfsvoering Fontys Journalistiek, gaf verder aan dat ‘men zelfs zou kunnen stellen dat de kwaliteit slecht is, erg slecht’, waarbij hij verwees naar het beperkte assortiment.

De toekomst
,,Ik krijg vaak te horen dat klanten onze producten duurder verwachtten. We bieden dagelijks versgemaakte producten aan tegen een eerlijke prijs”, aldus Altiok. Deze versproducten zijn het ‘hart van het bedrijf’ en worden bereid onder het rode plafond in de FoodClub: van belegde broodjes tot tosti’s, maar ook salades en zelfs pizza’s, pasta’s en wokgerechten.

De franchisenemer pakt een ‘maaltijdwaardig’ belegd broodje erbij, waarvan hij het verzekert na een aantal uur niet meer te verkopen om versheidsredenen. De broodafdeling – aan de andere kant van de winkel – ziet er door de volle bakken al opnieuw geordend uit, want toen De Berdt daar in het spitsuur poseerde, maakte Çiğdem zich zorgen dat de bijna lege bakken er op zouden staan – wat ergens ook een goed teken is.

,,Ik geloof niet meer in traditionele supermarkten. Versheid en gemak zijn de toekomst. Alles wat we doen, is afgestemd op de studenten, medewerkers en omwonenden van de Spoorzone”, benadrukt Altiok. ,,De winkel is niet alleen van mij, maar juist van deze mensen. We zijn van plan iets voor hen terug te doen. Een studentendeal behoort tot de mogelijkheden, waarbij zij een flinke korting krijgen wanneer ze kunnen aantonen dat ze student zijn”, deelt hij tenslotte mee.

Winterparadijs in Tilburg geopend!

Vanaf deze week staat op de Heuvel weer het Tilburgse winterparadijs. Tot 5 januari kan je er schaatsen en genieten van lekkere snacks.

Geen Black Friday maar ‘Green Friday’ bij de Dille & Kamille

Bij de Dille & Kamille is het deze vrijdag geen Black Friday, maar ‘Green Friday’. Een dag die normaal in het teken staat van meer producten kopen, staat nu in het teken van duurzaamheid. De winkelketen sluit voor het derde jaar op rij de deuren van alle winkels in Nederland, België en Duitsland en gaat met medewerkers op pad om zwerfafval op te rapen. Volgens de Dille & Kamille past het concept Black Friday niet bij de missie die de winkel heeft. De winkelketen roept andere retailers op om hetzelfde te doen.

In Tilburg gaan de medewerkers van de Dille & Kamille aan de slag in de binnenstad om afval op te rapen, hiermee willen ze ook aan andere winkels in de binnenstad laten zien dat het anders kan. Dit is niet de eerste keer dat de winkel in Tilburg meedoet aan Green Friday, vorig jaar hebben ze bijvoorbeeld een bos aangelegd. De medewerkers van de Dille & Kamille zijn erg enthousiast over de actie, alle beschikbare winkelmedewerkers komen vrijdag meehelpen, en er komen zelfs twee medewerkers van het hoofdkantoor naar Tilburg om te komen helpen.

Geen korting

De Dille & Kamille maakt over het algemeen geen gebruik van kortingen om de verkoop van producten te stimuleren. De winkel is in de jaren zeventig opgericht als tegenreactie op de wegwerpmaatschappij, ze willen dat consumenten producten kopen omdat ze het nodig hebben, niet omdat er goede korting op staat. 

“Als een winkel elke week kortingen op wasmiddel kan geven, betekent het dat de consument steevast te veel betaalt voor wasmiddel”

  • Robin Maertens winkelmanager Dille & Kamille
Winkelmanager Dille & Kamille Robin Maertens

Winkelmanager Robin Maertens vertelt dat ze het niet erg vinden om de omzet op Black Friday te missen. “De actie die wij voeren zorgt vooral voor positieve reacties” Vertelt hij, “Klanten vinden het niet erg om een dag niet te kunnen shoppen, ze vinden vooral goed wat wij doen.” De Dille & Kamille is overigens niet de enige winkel die meedoet aan het concept van Green Friday, bij de Bever kan je bijvoorbeeld oude buitenproducten inleveren voor een waardebon van 10 euro.

De onzekere toekomst van uitsupporters in het Nederlands betaalde voetbal

0

Voor de zoveelste keer dit jaar is er bij een Nederlandse voetbalwedstrijd een verbod op uitsupporters uitgeroepen. De lokale driehoek van Amsterdam heeft besloten om geen supporters uit Italië bij de wedstrijd Ajax – Lazio Roma toe te laten. Dit vanwege een risico op ‘racistische, antisemitische en rechtsextremistische uitingen’ door een deel van de Lazio-aanhang. Dit nieuws kwam één dag na er in Utrecht besloten werd om geen uitsupporters toe te laten bij de wedstrijd FC Utrecht-Go Ahead Eagles. Dit besluit werd genomen na eerdere ongeregeldheden tijdens diezelfde wedstrijd vorig seizoen. De lokale driehoeken in Nederland besluiten hier steeds vaker toe: Hoe ziet de toekomst eruit voor uitsupporters in Nederland?

“Wij maken ons al langere tijd zorgen om de toekomst van uitsupporters in Nederland”, zo zegt Fabian Nagtzaam, voorzitter van de supportersvereniging van Ajax. “Het lijkt wel of lokale autoriteiten te pas en te onpas tegenwoordig een dergelijke collectieve maatregel, naar ons gevoel vaak uit gemakzucht, nemen zonder juist het individu dat zich misdraagt aan te pakken.” Fabian en de supportersvereniging werden gisteren verrast door het nieuws dat Lazio-supporters niet meer welkom zijn bij de wedstrijd op 12 december. “Ik kan mij goed voorstellen dat 1600 Italiaanse supporters die een kaart voor het uitvak hebben bemachtigd niet heel blij zijn. Zij hebben al flinke kosten gemaakt voor bijvoorbeeld vliegtickets, hotels en het opnemen van vrije dagen.”

Matthijs Keuning, voorzitter van Supporterscollectief Nederland, valt het ook op dat dit soort situaties steeds meer voorkomen. “Het risico wat hierbij komt kijken, is dat de drempel om deze zware maatregel te nemen, steeds lager komt te liggen. Gemeentes kijken ook naar elkaar en zo krijg je een glijdende schaal.”

Maar de gemeentes en politie zullen niet voor niks zo’n besluit nemen. Als er gesproken wordt over een reële dreiging op ongereldheden en incidenten, mag je er vanuit gaan dat daar grondige argumenten voor zijn. Waarom zijn dan deze maatregelen dan toch nog steeds verkeerd? “Je treft hiermee de hele groep, het is geen gerichte maatregel. Het is zo’n zwaar middel om iedereen te verbieden, je straft er allemaal mensen mee die er niks mee te maken hebben en dat is vooral wat supporters stikt”, zo stelt Keuning.

“Stel je voor wij staan samen voor een stoplicht en jij rijd met 170 over de snelweg, dan word jij gestraft en krijgen niet alle andere automobilisten een rijverbod.”

Opvallend is daarom ook dat in het landelijk handelingskader voor de aanpak van ongeregeldheden rondom betaald voetbalwedstrijden duidelijke afspraken zijn gemaakt waarin wordt ingezet op het straffen van het individu en pas op een later moment in collectieve straffen. Keuning geeft aan dat alle voorwaarden voor een dadergerichte aanpak aanwezig zijn in het voetbal. “Er is enorm veel cameratoezicht in stadions, er zijn een groot aantal stewards en politie aanwezig. In het voetbal is de pakkans veel hoger dan voor vergelijkbare delicten buiten het voetbal.”

“Ik geef altijd dit voorbeeld: Stel je voor wij staan samen voor een stoplicht en jij rijd met 170 over de snelweg, dan word jij gestraft en krijgen niet alle andere automobilisten een rijverbod. De voetballerij lijkt wat dat betreft voor lokale autoriteiten een uitzondering om bepaalde strafmaatregelen op te leggen waardoor de goedwillende meerderheid onder de kwade minderheid moet lijden”, zo vertelt Fabian Nagtzaam.

De zorgen over deze ontwikkelingen worden wel gedeeld met de desbetreffende organisaties. Supporterscollectief Nederland zit in expertgroepen die betrekking hebben op voetbal, in deze groepen zitten ook vertegenwoordigers van de gemeentes, politie, het OM en de KNVB. “Als clubs en gemeentes er gewoon voor zorgen dat ze de basis op orde hebben, de veiligheidsorganisatie en de regels die daarvoor in het handelingskader staan, dan hoef je helemaal niet zo snel naar zo’n zwaar middel te grijpen”, zegt Keuning. “Een collectieve straf is echt meer een soort noodmaatregel, als je het goed aanpakt zou je die nooit nodig moeten hebben.”