Mikah is een man overladen met schaamte, die de waarde van het leven, God, seksualiteit en ‘het normale’ overdenkt op een Waddeneiland. Het is de kortste samenvatting van Lucky Fonz III zijn debuutroman ‘Van De Goden Vervuld’, 24 oktober verschenen bij Uitgeverij Pluim. Hoewel bestempeld als roman, stopt Otto Wichers, de echte naam van Lucky Fonz III, z’n ervaringen met zijn Bob Dylan-scriptie, recente relatiebreuk, muziekliefde en depressies in de personages. Van De Goden Vervuld balanceert op een fijn koord tussen biografie en fictie.
Je hoeft niet tussen de regels door te lezen om in te zien dat Lucky Fonz III zijn levenservaringen in deze debuutroman heeft gestopt. Lucky Fonz III is singer-songwriter, theatermaker en mediapersoonlijkheid. In 2009 vertelt hij in een videointerview met Face Culture over zijn scriptie over Bob Dylan: I Don’t Believe in Zimmerman, de scriptie waar ook Mikah aan heeft gewerkt. Ironisch genoeg was de conclusie van Mikahs scriptie dat je Bob Dylans woorden niet mag aanvoeren voor het bewijs van een stelling. “Ineens zag ik (Mikah) mijn academische mislukking, met terugwerkende kracht, als een voorteken van mijn lot als liedjessmid.”
Ben jij dat, Otto?
Per “translatio, imitatio en aemulatio” geeft Mikah zijn eigen draai aan Bob Dylans muziek en zet een liveact weg waar hij tevreden mee is. Als blijkt dat dat zijn persoonlijke issues niet oplost, loopt hij naar een hoge brug om de rivier in te springen. “Als dit leven was begonnen met Dylan, dan mocht het ook met hem eindigen.” Dit is niet de enige keer in het boek waar water als hemelpoort wordt gezien. In combinatie met Lucky Fonz III zijn openheid over zijn mentale problemen in het echte leven, en ondanks de uitkomst van de al dan niet fictieve scriptie, laten dit soort zinnen je door het hele boek afvragen; Otto, ben jij dit?
Vanaf het eerste hoofdstuk is schaamte, neerslachtigheid en de zoektocht naar méér actueel. Mikah hemelt Jonas op, een enthousiast karakter dat overal God in ziet, zelfs in een asbak of twee klodders mayonaise. Je proeft de jaloezie die Mikah voelt bij zo’n uitgesproken vrolijk persoon, maar Jonas is eigenlijk alleen daar om Mikah voor te stellen aan de zelfstandige Hadassa: de dame die Mikah uiteindelijk antwoorden geeft en uit zijn schulp trekt. Bij een strandvuur leren ze elkaar beter kennen: Mikah maakt muziek, is een klein beetje beroemd, maar luistert vooral naar het verhaal van Hadassa. “Als we zo goed in praten waren geweest, dan hadden we niet hoeven te zingen.”
God is overal en nergens
Hadassa is naar het eiland gevlucht om permanent te ontsnappen van De Overtuiging en om aan haar theologische scriptie te werken. Wat De Overtuiging exact is, behalve een variant van het Christendom, blijft vaag. Van de scriptie horen we ook niets meer. Het is wel een van de haakjes om kritiek op religie te geven. Hadassa berispt: “Altijd hun mond vol van hoe elk mens even waardevol is, maar als je ook maar even uit de pas loopt, ben je meteen een probleemgeval. Ze [volgelingen van De Overtuiging] doen alsof ze volgers van Jezus zijn, maar ze volgen alleen hun achterlijke ideeën.” God is dan ook de leidraad van het boek: hij is overal en nergens tegelijk. Het boek zit vol religieuze beseffen, niet vaak ten goede van God. “Ineens begreep ik dat ik niet zo veel had gebeden omdat ik gelovig was, maar dat ik gelovig was omdat ik zo veel had gebeden,” stelt Mikah. Hij is van het geloof gevallen, als van een balkon, staat geschreven.
Het masturbatorium
Mikah en Hadassa groeien dichter bij elkaar door hun persoonlijke gesprekken en worden intiemer met elkaar. In het begin is dat een bron van onzekerheid voor Mikah. Het is niet vanzelfsprekend voor Mikah om comfortabel te zijn met seksualiteit. Hij heeft zijn biseksualiteit in de darkroom ontdekt en hij praat voor het eerst over zijn fertiliteitsproblemen: aftrekken in een potje in het masturbatorium voor ivf, het schuldgevoel dat Mikah ervaart dat hij zijn ex-vrouw geen kind kon geven en of zijn geschiedenis met depressies de oorzaak kan zijn: “Misschien heeft die doodswind ook wel door mijn ballen gewaaid.” Lucky Fonz III combineert vaker humor en schaamte of ongemak. De zwaarste onderwerpen krijgen zo een licht randje.
De gelijkenissen tussen muziek en seks
Uiteindelijk spreekt de gelovige Hadassa openlijk over hoe seks voor haar is, terwijl De Overtuiging er iets beschamends van maakt: “Seks is iets heel moois, bijzonders, gratis, niet iets wat je hebt, geeft of krijgt, maar iets wat je maakt, in je eentje, of beter nog, samen met anderen, net als muziek eigenlijk, en daarom is het dus, als het goed is, iets liefdevols en creatiefs, iets wat in allerlei verschillende vormen mooi kan zijn, ook net als muziek.” Hadassa symboliseert een vrijheid waar Mikah naar verlangt. Hij kan er van proeven zolang ze samen zijn. De twee vrije geesten lijken een match made in heaven. Dan besluit Hadassa zeer halsoverkop, toch terug naar haar oude, religieuze leven te gaan. Mikah vraagt zich af welk geluid een brekend hart maakt.
Het is een lijst vol stevige onderwerpen, maar Lucky Fonz III heeft oog voor het alledaagse en gevoel voor humor waardoor de inhoud herkenbaar en draagbaar blijft. Toch is ook juist het donkere en filosofische van alledag. Samen dansen zwaarmoedigheid en levenslust hand in hand door het boek, net zoals op de gefotografeerde cover. Mikah en Hadassa. Wellicht Lucky Fonz III en het leven.