Home Blog Pagina 23

Nederland minder populair bij de Junior Eurovisie Songfestival fans door Spaanse inzending

Maandagochtend bracht Chloe DelaRosa haar vrolijke liedje ‘Como La Lola’ voor het Junior Eurovisie Songfestival uit. Volgens Spaanse Songfestivalkenner Rubén Domingo Núñez is Chloe een grote concurrent voor Stay Tuned dat Nederland vertegenwoordigd. Dit is ook terug te zien in de fan ranglijst.  

Rubén Domingo Núñez schrijft voor Songfestivalwebsite Eurovoxx en bezoekt jaarlijks meerdere Eurovisie gerelateerde evenementen. “Ik vind het Nederlandse liedje erg sterk, live heeft het ook erg veel charisma. Een derde tot zesde eindpositie zou mij niet verbazen, maar het zou nog hoger kunnen eindigen als ze met een nog beter optreden komen.” De Italiaanse Songfestivalfan Luigi Croitoru is het niet helemaal eens met Núñez. “Nederland gaat het net zoals voorheengaande jaren minder goed doen dan het verdient, ik verwacht een middenmootpositie”. Ze zijn het wel eens dat Spanje het erg goed gaat doen.

Fan ranglijst

Volgens cijfers van MyEurovisionScoreBoard, een app waarin jaarlijks duizenden fans punten geven aan hun tien favorieten, is Oekraïne de gevestigde favoriet. Nederland stond een tijd in de top drie, maar begint steeds meer te zakken op de ranglijst. Ze staan bij de fans nu op de zesde plek, met Estland, Frankrijk, Cyprus, Portugal en Oekraïne boven zich.  

Spanje stond maandagochtend nog op een dertiende plek omdat het liedje nog niet lang online stond. Nu staat het zevende en krijgt nog steeds snel veel punten erbij, in tegenstelling tot verschillende landen zoals Nederland dat al vijfhonderd punten is kwijtgeraakt.

MyEurovisionScoreBoard top 14 om 16:40 – 11 Oktober  

  1. Oekraïne (12884 punten)
  2. Estland (10208 punten)
  3. Cyprus (9753 punten)
  4. Portugal (9291 punten)
  5. Frankrijk (8785 punten)
  6. Nederland (7947 punten)
  7. Spanje (7395 punten)
  8. Noord-Macedonië (6277 punten)
  9. Italië (5600 punten)
  10. Duitsland (4906 punten)
  11. Albanië (4721 punten)
  12. Malta (2939 punten)
  13. San Marino (1956 punten)
  14. Polen (1649 punten)

Vier Brabantse restaurants winnen Michelin Award: “Ik sta hier te trillen op mijn benen”

0

Vandaag zijn de Michelin sterren uitgereikt met een ceremonie in Maastricht. Vier restaurants uit Brabant zijn hierbij in de prijzen gevallen. Het gaat hier om Restaurant Sabero uit Leende, Restaurant 1857 uit Roosendaal, Restaurant Odille uit Sint-Oedenrode en Restaurant Vannu uit Bavel.

Restaurant Sabero uit Leende is bij deze ceremonie de uitblinker in Brabant. Dit restaurant heeft namelijk twee prijzen gewonnen: De Service Award en één Michelin ster. Restaurant 1857 uit Roosendaal en Restaurant Odille uit Sint-Oedenrode wonnen ook één Michelin ster. “Ik sta hier te trillen op mijn benen,” zegt Joey van Restaurant 1857. Restaurant Vannu uit Bavel won de Groene Ster, een award voor chefs die zich inzetten voor een duurzame toekomst.

De ceremonie begint met een toespraak van Alex Verhoeven, Director Michelin Benelux. “We gaan vandaag een feestje vieren,” zegt de director aan het begin. Hij vertelt over het belang van de Michelin ster en waarom bepaalde restaurants een ster verdienen: “Je wil de beste producten en diensten brengen om je klanten en gasten tevreden te stellen,” benadrukt hij.

Wim Hillenaar, de burgemeester van Maastricht, neemt ook het woord. Hij vertelt over de symbolische betekenis van een ster, dat een ster een vroeger een ‘goddelijke aanwezigheid’ symboliseerde. “Tegenwoordig symboliseren sterren kwaliteit,” benadrukt de burgemeester. Hij uit ook zijn respect voor de winnaars van de ceremonie: “Als ik zeg ‘een ster komt niet aanwaaien’, is dat wel zo’n beetje het understatement van het jaar.”

De andere restaurants die in de prijzen vielen zijn Restaurant Showw uit Amsterdam, Zenith uit Apeldoorn, Demain uit Cadzand, Joann uit Enschede, Triptyque uit Wateringen, Lutum uit Wijk Bij Duurstede, Affect uit Zwolle, Joelia uit Rotterdam, Neder uit Alkmaar, Mearkas uit Eastermar, Flores uit Nijmegen, Kook Atelier Op Oost uit Oosterend, Fermin uit Rotterdam, Heimat uit Utrecht, Inter Scaldes uit Kruiningen en De Librije uit Zwolle.

“Sinds corona zijn jongeren agressiever en meer bijdehand richting hulpverleners”

Corona heeft impact gemaakt op het stapgedrag van jongeren. Mark van den Heuvel, algemeen directeur van Sterk Op Straat, vertelt dat hij merkt dat de instelling van mensen is veranderd: “er is minder geduld en vooral jongeren uiten zich eerder bijdehand en agressief.” Eind september verscheen er een artikel in Brabants Dagblad, over een jongen die blijvend letsel heeft overgehouden na mishandeling tijdens het stappen. Hoe zit het nu met de sfeer tijdens het stappen in Breda?

Sterk op straat

Sinds 2018 lopen de mannen van Sterk Op Straat op de uitgaansavonden, vrijdag en zaterdag, door de binnenstad om de veiligheid te bewaren. De politie had toentertijd te weinig capaciteit om elke stapavond volop aanwezig te zijn. “Wij kwam uit de beveiliging en hebben met ons eigen concept dit gat toen opgevuld”, vertelt Mark.  De mannen van Sterk Op Straat noemen zichzelf de gastheren van de stad. “Tijdens het uitgaan is het vaak heel gezellig, maar er gaat ook weleens iets fout. Hier zijn wij onder andere voor,” vertelt Mark.

De mannen houden zich niet alleen bezig met het sussen van gevechten. Ze zijn bereikbaar voor veel meer zaken: “Mensen komen ook naar ons toe met de vraag waar een toilet is, of we een pleister kunnen plakken, of dat we even kunnen meelopen naar de taxi’s. We proberen er voor iedereen te zijn.”

Stappen op je zestiende

Koen Tullemans (29) werkt als portier en barman bij Café Oranje. Daarnaast gaat hij al sinds zijn zestiende uit in Breda. “Naar mijn idee is de grootste verandering de sfeer in de stad, dat mensen pas vanaf achttien mogen stappen. Je hebt in de stad bepaalde omgangsnormen met barpersoneel, portiers en ander stapvolk. Mensen leren deze nu op latere leeftijd. Ook speelt corona een grote rol, mensen willen los.”

Verder vertelt Koen dat hij het idee had dat er vroeger minder gezeik was in de stad: “Maar ik heb nu nuchter tijdens het werk ook veel meer door, dus ik weet niet of dit echt zo is.” Koen legt uit dat als er iets gebeurd, en ze de situatie niet overzien, bellen ze Sterk Op Straat. “Hierdoor merkt ander uitgaanspubliek er ook niet meteen iets van, in plaats van meteen de politie erop. Zij gaan eerst in gesprek en gaan nooit fysiek te werk.”

“Hey Buurman, werkse!”

Daan van Gent (30) woont al vijf jaar in de Vismarktstraat tussen El Grego en Café Oranje. Daan vertelt dat hij de drukte in de stad niet echt als overlast ervaart. “Ik heb er zelf voor gekozen om hier te wonen en vind het altijd wel gezellig. Ik ga zelf ook nog lekker de stad in.” Wel staan er soms mensen voor zijn deur als die laat thuiskomt van werk. “Die zijn dan altijd heel verbaasd over dat er daar een deur zit en iemand woont. Ik krijg vaak de reactie; ‘je zal hier maar wonen.’ Ik voel me gelukkig wel altijd veilig. Mensen die in de stad werken gaan je herkennen. De man val El Grego zegt altijd: “Hey buurman, werkse!.”

Interne hondentraining biedt uitkomst voor gedragsproblemen

0

Veel honden kampen met gedragsproblemen, maar er zijn geen landelijke cijfers om een helder beeld van de omvang te schetsen. Dit maakt het lastig om effectieve maatregelen te nemen. Mandy van Gelder, eigenaar van Hondencentrum WRAF, biedt met haar methode van interne hondentraining een oplossing voor eigenaren die tegen gedragsproblemen bij hun viervoeters aanlopen.

Interne hondentraining als oplossing

Mandy van Gelder, eigenaar van Hondencentrum WRAF, richt zich op het oplossen van gedragsproblemen bij honden door middel van interne training. Dit concept, dat zij al sinds 1995 toepast, ontstond toen ze begon met het in huis nemen van probleemhonden. “Veel eigenaren hadden geen tijd of zin om zelf een training te volgen. Ze vroegen me of ik hun hond voor hen kon trainen, en zo ontstond het idee voor interne hondentraining,” vertelt Mandy.

Mandy is gespecialiseerd in angst- en agressieproblemen. “Deze problemen zijn vaak moeilijk te hanteren voor eigenaren. Het is een opluchting voor hen dat ik hen hierbij kan helpen.” Ze benadrukt dat elke hond unieke problemen heeft, zoals uitvallen naar andere honden, angst of agressie. “Daarom stem ik de training altijd af op de specifieke behoeften van de hond.”

Een groot voordeel van interne training is dat Mandy zelf de volledige controle heeft over het proces. “Ik kan het precies afstemmen op wat de hond nodig heeft,” legt ze uit. Regelmatig zet ze haar eigen honden in om te helpen bij de training. “Vooral bij onzekere honden helpt het om een stabiele hond te hebben die kan laten zien hoe het hoort.”

Gebrek aan cijfers

“Er worden geen landelijke cijfers bijgehouden van het aantal honden met gedragsproblemen. Hierdoor is het moeilijk in te schatten hoe groot het probleem daadwerkelijk is,” vertelt Niels Kalkman, woordvoerder van de Dierenbescherming. Hij stelt dat met concrete cijfers en oorzaken betere conclusies kunnen worden getrokken en gerichte maatregelen kunnen worden genomen.

“Stel dat uit onderzoek blijkt dat teckels vaker gedragsproblemen vertonen omdat ze te vroeg bij hun moeder worden weggehaald, dan zou je regels kunnen opstellen om ervoor te zorgen dat deze honden langer bij hun ouders blijven,” legt Kalkman uit. “Of als uit cijfers blijkt dat pitbull-achtige rassen vaker betrokken zijn bij bijtincidenten, dan zou je bijvoorbeeld eigenaren kunnen verplichten om een cursus te volgen om agressieproblemen beter te beheersen. Zonder deze gegevens blijft het lastig om effectieve oplossingen te vinden. Iedereen is het erover eens dat er iets moet gebeuren, maar zonder concrete inzichten blijft dat een uitdaging.”

Het proces van interne training

Tijdens de interne training verblijft de hond in een pension, van waaruit Mandy hem dagelijks ophaalt om te trainen. “Ik houd de eigenaar voortdurend op de hoogte met updates,” zegt ze. Wanneer de eigenaar zijn hond weer ophaalt, volgt een sessie waarin theorie en praktijk worden doorgenomen. “We besteden de laatste dag veel tijd aan praktijkoefeningen, zodat de eigenaar precies weet hoe hij zijn hond moet begeleiden.”

De interne training duurt doorgaans drie weken. “Vaak zie je al snel duidelijke verbeteringen,” vertelt Mandy. “Maar het is cruciaal dat de eigenaar de regels en patronen blijft volgen na de training.” Onder Mandy’s begeleiding wordt er samen geoefend in verschillende situaties, zoals een wandeling door de stad of een bezoek aan een terras.

“Veel mensen kiezen voor interne training omdat ze zelf geen tijd hebben om hun hond intensief te trainen, of omdat ze het combineren met een vakantie,” legt Mandy uit. “Hun hond krijgt de aandacht die hij nodig heeft, en zij komen terug naar huis met een beter opgevoede hond.”

Voetballen tegen eenzaamheid

0

Afgelopen week deden 180 ouderen, verdeeld over 12 teams, mee aan het allereerste FC Mooiste Contact Walking Football-toernooi. Dit evenement, georganiseerd door de KNVB, KPN en het Ouderenfonds, stimuleert ouderen om lekker te sporten en nieuwe mensen te ontmoeten.

Het is gezelliger in het dorp dan in de stad

Zou jij je sleutel uitlenen aan je buurman? Waarschijnlijk wel, want 72% van de mensen is bereid dit te doen. Toch komt het grote deel hiervan van het platteland. Dat zegt het CBS. Volgens hen hebben mensen uit een dorpse omgeving het gezelliger met elkaar.

Steeds meer gezinnen hebben moeite een bril te betalen: ondersteuning en inclusie voor slechtziende kinderen essentieel

Voor veel gezinnen wordt het steeds moeilijker om een bril voor hun kind te betalen, terwijl goed zicht essentieel is voor hun ontwikkeling en schoolprestaties, zo zeggen optometristen. Kinderen die slechtziend of minder ziend zijn, hebben op school niet alleen een bril nodig, maar ook passende begeleiding en ondersteuning. Debby Buis en Hans Sleijster delen hun persoonlijke ervaringen met slechtziendheid in hun jeugd. “laat je nooit vertellen wat je niet kunt doen.”

Debby is blind en heeft het grootste deel van haar schooltijd op het speciaal onderwijs doorgebracht, hoewel ze is begonnen op een reguliere basisschool. Al snel bleek echter dat zij daar te angstig waren om Debby goed te begeleiden. “Ik mocht niet meedoen met gym, want straks zou ik vallen”, vertelt ze. In het speciaal onderwijs leerde ze niet alleen de gebruikelijke schoolvakken, maar ook praktische vaardigheden zoals koken en stoklopen.

Hans, die al op jonge leeftijd een bril droeg vanwege een behoorlijke sterkte, had zelf minder problemen in zijn leerontwikkeling. Hij legt wel uit dat zo’n “stomme” bril best een reden kan zijn om elkaar te plagen, soms zelfs flink. Fysieke verschillen kunnen kinderen dan best kwetsbaar maken in hun sociale ontwikkeling.

Inclusie: een essentiële stap

Debby merkte dan ook dat er een afstand ontstond tussen haar en haar vriendinnetjes. “Vriendinnetjes gingen naar een andere school en dat zet je dan toch een beetje buiten de groep.” Ze voelde dat medeleerlingen moeite hadden om om te gaan met iemand die een  beperking had.“ Het is natuurlijk niet cool om met een gehandicapte om te gaan, het is een soort imago-dingetje.” Hans sluit zich daarbij aan en onderstreept het belang van inclusie. “Die vermenging moeten we zoveel mogelijk stimuleren. Het is goed als kinderen van elkaar leren en elkaar helpen.”

Toen Debby na de mavo overstapte naar het reguliere onderwijs om haar havodiploma te gaan halen, kwam ze in een cultuurshock terecht. “Daar hadden zij mij op het speciaal onderwijs beter op kunnen voorbereiden. Ineens krijg je huiswerk en zit je in veel grotere klassen dan voorheen. Dat was een grote omschakeling”

Het belang van begripvolle leraren

Hans benadrukt hoe belangrijk het is dat leraren begrip hebben voor de situatie van kinderen met een beperking. “Zoek als leraar ook naar manieren om in gesprek te blijven met het kind en het zo goed mogelijk te begeleiden”, zegt hij. Zo herinnert Debby zich een wiskundedocent die extra trainingen volgde om  haar beter te kunnen helpen. Daarentegen stuitte ze op het hbo, waar ze docent geschiedenis studeerde, op docenten die vonden dat je geen les kon geven als je blind bent. De opleiding zelf heeft haar juist gesteund en regelde veel voor haar. “Je kan heel veel worden, zelfs dingen die de meeste mensen niet verwachten. Maar” voegt ze toe, “er zijn ook dingen die absoluut niet kunnen, ook al zou je het wel willen.”

Hoe bereidt Prince zich voor op het nieuwe seizoen van HNTM 

Prince Schoutissen, een student uit Deurne, is een van de deelnemers van het nieuwe seizoen van Hollands Next Top Model. Het nieuwe seizoen is vanaf 7 oktober te zien op videoland. Prince bereidt zich voor op het seizoen en reacties van kijkers. ”Ik sta sterk in mijn schoenen en ben al bekend met haatreacties.”  

Op zijn achttiende wilde Prince al meedoen aan HNTM, maar toen ontving hij geen reactie. Nu, 2 jaar later, is hij twintig en probeert hij het opnieuw. ”Ik stuurde een filmpje als inzending en mocht daarna een videogesprek en uiteindelijk een casting bijwonen.” Prince vertelt dat hij niets echt spannend vond behalve de casting. ”Er waren allemaal bloedmooie mensen dus ik dacht al meteen dat dit hem niet ging worden. Ik kreeg pas laat een reactie op mijn casting. Ze vertelde me eerst dat ik op de reservelijst stond en een week later dat ik het definitief was geworden. De reservelijst was ook een soort prank om het spannender te maken. Ik denk voor de sensatie.”

De voorbereidingen op een nieuw seizoen van HNTM is veel werk. Er zit veel tijd in de productie van het programma en de casting van de deelnemers. De modellen zelf bereiden zich ook voor. Prince heeft zelf nog weinig tot geen ervaring in de modellenwereld. ”Ik heb twee goede vriendinnen, samen deden we ooit voor de lol fotoshoots. Helemaal niet professioneel dus, maar wel heel goed voor mijn zelfreflectie. Daar ben ik heel goed in en daardoor wist ik wel wat er anders moest op foto’s.”

Omdat HNTM een groot bereik heeft betekent dat ook dat er veel mensen een mening hebben over het programma en de deelnemers. Prince maakte al Tiktoks voor het tiktok-account van de Jumbo waar hij werkt. ”Ik merk dat dat me heel erg heeft geholpen. Ik kreeg op die video’s namelijk wel al wat haat. En heb daardoor zelfs eens een stalker gehad. Maar omdat ik het krijgen van haatreacties al heb meegemaakt denk ik dat ik wel al voorbereid ben. Ik sta sterk in mijn schoenen en snap wel als mensen een mening hebben. Ik heb rood haar en heet Prince dus het is nu eenmaal gemakkelijk om gemeen te zijn. Maar mijn opmerking als iemand me vuurtoren noemt is altijd: ‘Jij hebt geen bril nodig.’ Mij krijg je niet zo snel klein want ik ben het al een beetje gewend.” 

De redactie van HNTM helpt ook mee aan het voorbereiden van de deelnemers op de aandacht die zij gaan krijgen. ”Ze zorgen voor psychologen. Wij moesten voor het programma al een persoonlijkheids- en IQ-test doen. Zo keken ze of we mentaal geschikt waren om mee te doen aan het programma. Ook hebben we de eerste drie afleveringen van het nieuwe seizoen bekeken met een coach en psycholoog. Ook mogen we als het seizoen op Videoland staat nog steeds contact opnemen met de psycholoog.”  

Naast dat Prince werkt bij de Jumbo en deelnemer is van het nieuwe seizoen is hij ook nog student op de pabo. ”Het filmen van HNTM was in de zomervakantie, dus daarom had ik geen problemen om het te combineren met school. Wel merkte ik de weken voor de opnames dat ik heel gefocust was op er goed uit zien. Ik heb de laatste tentamenweek dan ook iets minder goed gemaakt dan normaal. Maar nog steeds gehaald. Ik was gewoon zo bezig om me voor te bereiden en ervoor te zorgen dat ik er op mijn best uitzag. Daarom had ik iets minder tijd. Tijdens de opnames was ik ook bezig met school. Niet letterlijk, maar ik leer voor docent in het basisonderwijs. Ik dacht tijdens de opnames heel bewust na over taalgebruik. Dus dat ik niet veel scheld. Want ik was me er heel bewust van dat ouders en misschien kinderen kijken naar het programma.”

”Ik ben trots op mezelf dat ik meedoe met zo weinig ervaring in de modellenwereld. Veel van de deelnemers zijn al iets verder met shoots doen en sommige hebben al een modellencontract. Dus dat ik dit seizoen meedoe zonder ervaring is wel een moment van trots.”

Kattencafé De Spinnerij bestaat vier jaar: “iedereen kan hier zichzelf zijn”

Het enige kattencafé in Brabant, De Spinnerij, bestaat vandaag vier jaar. Eigenaresse Yvette Kouwenberg is trots dat haar café nog volop draaiende is. Speciaal voor vandaag hebben zij ‘de huiskamer’, hoe Yvette het café ook wel noemt, versierd en staat er iets speciaals op het menu.

Yvette was toe aan een nieuwe uitdaging en opende in 2020 het eerste kattencafé in Tilburg. Dit deed zij op dierendag omdat een kattencafé alles met dieren te maken heeft, legt de eigenaresse uit. Na een moeilijke periode door de lockdown is ze meer dan blij dat haar café, gelegen aan de Langestraat, nog bestaat.

Vandaag is het zowel feest voor de gasten, als voor de katten. De diertjes worden verwend met snoepjes en de gasten met versierde cupcakes van katten. Volgens de eigenaresse komen de katten niets tekort: “Elke dag is dierendag voor hen.”

Bron: Instagram – kattencafe_de_spinnerij

Kouwenberg vertelt dat het café precies is wat ze gehoopt had: “Een huiskamer voor iedereen.” Het is een plek waar je jezelf kan zijn ongeacht je achtergrond, vertelt Yvette. Dit merkt ze ook door de vele verschillende gasten die binnenlopen.

Katten

In de ‘huiskamer’ lopen acht katten rond. De diertjes zijn geadopteerd uit Griekenland van de organisatie P&M Cats Care Crete. De katten zijn samengesteld op basis van hun karakter en persoonlijkheid, hierdoor past de groep goed bij elkaar. Yvette wilde de dieren eerst lokaal adopteren, maar daar zaten de lokale organisaties niet op te wachten. Zij vonden dat katten niet thuishoren in een kattencafé.

De eigenaresse vertelt uitgebreid over het welzijn van de dieren: “De katten staan hier op 1.” Zo worden zij jaarlijks gecontroleerd door de dierenarts en een gedragsdeskundige. Verder staat een team van verzorgers voor de diertjes klaar. De katten hebben een aparte ruimte waar zij zich terug kunnen trekken, een buitenren en de ‘huiskamer’. Het café is voorzien van veel ligplekken en de katten kunnen de hoogte in.

Bron: Veerle Martens

Gedragsregels

Bij binnenkomst worden de gedragsregels aan de gasten uitgelegd. Zij krijgen een boekje waarin staat hoe je met de katten om moet gaan. “Als gasten zich hier niet aan houden, dan wijzen wij ze daarop”, vertelt Kouwenberg. Verder staan alle katten ook in het boekje. Hierin kun je van alles vinden over hun persoonlijkheid en wat ze wel en niet fijn vinden.

Hygiëne

“Poetsen, poetsen, poetsen”, zo blijft het café schoon, vertelt Yvette. Om de hygiëne te garanderen is de keuken afgesloten voor de diertjes. Ook staan de kattenbakken in de cats-only ruimte.

Toekomstplannen

Het café organiseert ook evenementen zoals een kattenyoga en een kattenbingo. Kouwenberg verteld dat ze nog meer evenementen wil plannen. Verder ziet ze het ook wel zitten om een dierenopvang te starten in de toekomst.

Het Joodse nieuwjaar krijgt een zwart randje door herdenking 7 oktober

Dat het nieuwe jaar maar een paar dagen voor de herdenking voor de slachtoffers van de aanval op 7 oktober valt, geeft volgens medeoprichter van Joodse groep Oy Vey, Jelle Zijlstra, de viering een zure smaak. Bijna een jaar na de aanval van Hamas valt Rasj Hasjana, ook bekend als het Joodse nieuwjaar op 2 tot 4 oktober. Bij de viering word om vergeving gevraagd voor alles wat iemand het laatste jaar verkeerd heeft gedaan.

Terwijl het conflict tussen Israël, Hamas en Hezbollah in het Midden-Oosten escaleert, vieren joden wereldwijd het 5875ste nieuwe jaar van de Joodse kalender. De jaarwisseling is van woensdag 2 oktober tot donderdag 3 oktober. Volgens Jelle Zijlstra gaan de feestdagen ondanks de aanval van Hamas op Israël van 7 oktober en de recente bombardementen van Israël op Libanon,  zonder veranderingen door. Hij vindt dat de joodse gemeenschap, en Israël vaker los van elkaar gezien moeten worden, maar wel denkt hij dat “veel joden zich eigenlijk heel erg schamen voor wat er op dit moment allemaal wordt uitgespookt.”

In Nederland wonen tussen de 40 en 50 duizend joden die Rosj Hasjana vieren, dat is minder dan 0,3% van de Nederlandse bevolking. In Israël is het daarentegen een nationale feestdag. Volgens Zijlstra zijn er vrijwel geen joden die voor de gelegenheid naar familie in Israël gaan. Al zou iemand dat willen, het feit dat KLM tot het einde van het jaar niet naar Israël vliegt, maakt het moeilijk.

De voorbereidingen op de jaarwisseling  beginnen al een maand van tevoren. Dan worden tijdens gebeden nagedacht over de vrienden die je hebt gekwetst en wordt er om vergiffenis gevraagd. Het is niet alleen een dag om zondes te bekennen. Het is ook een dag bedoelt om samen te komen. Er wordt gebeden. Veel op de sjofar; een Joods instrument dat veel wordt gebruikt bij Joodse feesten geblazen, en er worden appels met honing gegeten.  Hierover zegt Zijlstra:  “We hebben wel heel veel honing nodig om het een beetje zoeter te maken. Dat hebben mensen dit jaar wel nodig.“