Home Blog Pagina 155

Volt is radicaal voor Europa: “problemen zijn soms niet te vangen in grenzen”

“Oekraïne vecht voor een toekomst in Europa, wij moeten dat ook doen.” Hiermee opent Laurens Dassen, de lijsttrekker van EU-lovende partij Volt, het interview met Jeroen Wollaars van Nieuwsuur. Jeroen vloog het interview kritisch en ijzerscherp aan met zijn keurig uitgevoerde huiswerk.

Dassen vertelt na het korte introductiefilmpje dat hij zijn baan als bankier in Dubai heeft verlaten, nadat zijn vader hem over de partij vertelde. Dassen benadrukt gepassioneerd te zijn over het Europese gedachtegoed. Dit merk je heel erg aan hem. Hij is hoopvol voor de partij en spreekt ontzettend ambitieus over de toekomst, ergens iets te ambitieus. Zo kan hij zich ergens flink in vastbijten. Hij heeft namelijk meerdere malen een reeds afgewezen motie ingediend over een lobbyregister. Als hem gevraagd wordt waarom zij zelf niet op hun website een klein lobbyregister wil bijhouden, kan Dassen daar niet echt een concreet onderbouwd antwoord op geven. Hij komt hierdoor niet over als een sterke leider.

Onderwijs

Volt wil vijftien extra vernieuwingen gaan doorvoeren op het gebied van onderwijs. Echter toont Nieuwsuur aan met twee docenten dat zij daar niet op zitten te wachten. Zij zeggen namelijk dat de druk al te hoog is en de mankracht van docenten daarvoor te klein is. Dassen zegt hierbij hulp te willen inschakelen op bepaalde aspecten van externe partijen om dat te voorkomen. Dassen is eigenwijs en draait om de vraag van de geïnterviewde heen om min of meer hun programma te verkondigen. Nieuwsuur is naar een openbare ledenvergadering geweest. Hierin hebben zij waargenomen dat er een amendement tegen deze nieuwe onderwijs-ideologieën is afgekeurd door Volt. De interviewer citeert de toen genoemde onderbouwing van Volt: “Het maakt het verkiezingsprogramma minder sterk.” Hij vraagt daarom vervolgens aan Dassen of het onderwijspraktijk of het verkiezingsprogramma belangrijker is. Hierop geeft Dassen geen specifiek antwoord en daardoor komt hij wat knullig over. 

Klimaat

Nieuwsuur laat een video van een voormalig Volt stemmer zien. Hij geeft aan dat het voor hem onduidelijk is welke oplossingen Volt voor zich ziet. “Het voornaamste wat mij opviel is dat ze heel goed weten welke dingen ze niet willen, maar het is mij onduidelijk wat ze dan wel willen” vertelt hij. Dassen blijft zich hierbij vasthouden op het fors investeren op alle vormen van groene energie. Als onderbouwing beweert hij dat het ministerie heeft aangegeven dat dat kan. De interviewer vindt het niet helemaal realistisch om binnen twaalf jaar een kerncentrale te bouwen. Hierop reageert Dassen duidelijk en stellig het niet mee eens te zijn. Hij kaatst de bal in dit onderdeel kritisch terug en komt op dit onderdeel sterker over dan het vorige. Zo benadrukt hij namelijk dat de klimaatdoelen in 2040 essentieel is volgens de wetenschap. Volgens hen is het namelijk anders te laat. Hierna benoemd Dassen een forse lijst aan diverse maatregelen om dit te bereiken, waardoor hij erg betrouwbaar overkomt. Waarna hij een standvastige kant van zichzelf laat zien.

Kabinet

Dassen weet niet met welke partijen hij een coalitie zou willen voeren. Hij valt stil, stamelt een beetje en geeft tenslotte hierbij sterk de indruk dat hij geen concrete visie heeft. Echter benadrukt hij wel dat hij graag zijn plannen verwezenlijkt ziet worden in een groen, progressief en Europees gedreven kabinet. Wederom ontbreekt er een duidelijke aanpak van zijn plannen. Hiermee geeft hij een indruk als visionair maar niet als leider. De radicale ideologieën van de duidelijk onervaren politicus zijn groots maar niet altijd haalbaar. Het interview was ijzerscherp en soms erg confronterend. Het deed mij namelijk veel nadenken. Volt zet zich constant hard in voor Europese éénwording en samenwerking. Echter weten zij kennelijk nog niet hoe zij de Nederlandse samenwerking voor zich willen zien. Zien ze dat dan wel bij een samenwerking van heel Europa?

Studenten moeten een biertje minder drinken omdat ze volgend jaar pensioen gaan opbouwen

Door de nieuwe pensioenwet moeten jongeren vanaf achttien jaar al beginnen met pensioen opbouwen. Vanaf de loonstrook van januari 2024 moet er wettelijk een percentage worden afgedragen aan het pensioenfonds. Maar weten de jongeren wel dat dit gaat gebeuren? En zitten ze hier wel op te wachten?

Het was voor een werkgever al verplicht om een pensioenregeling te hebben voor werkenden boven 21 jaar, maar vanaf begin volgend jaar dus ook voor jongeren vanaf 18. Vaak wordt deze pensioenregeling geregeld via een collectief fonds. Dit wordt afgesproken in de CAO, maar je zou het ook zelf aanvullend kunnen regelen. Dit betekent voor de horeca bijvoorbeeld dat de werknemer 8,4% van zijn of haar salaris afdraagt aan hun pensioen. De werkgever maakt precies hetzelfde bedrag over. Met deze bedragen wordt er pensioen voor de werknemer opgebouwd.

Ver van mijn (verzorgings)bed show

“Pensioen blijft een ondergeschoven kindje. Zeker voor mensen onder de 45”, aldus Dave Smits. Dave is al minimaal tien jaar bezig met financieel advies geven over pensioenen. Veel jongeren zijn op deze leeftijd nog helemaal niet bezig met het opbouwen van pensioen, zeker de jongeren van nu. Dave merkt dat jongeren van deze tijd werken naar wat ze nodig hebben om hun vrije tijd optimaal te benutten. Wel blijft het belangrijk dat er ook aan de oude dag gedacht wordt. “Hoe ouder je wordt, hoe meer geld je nodig hebt. Als je nauwelijks pensioen hebt opgebouwd is dat een gevaar om langer te leven. Wij spreken van lang leven risico.”

Pensioenduidelijkheid

De overheid is ook druk bezig met het opzetten van een campagne. Het onderwerp blijft belangrijk om te bespreken, zeker voor later. Er komen spotjes op de televisie, radio en online. De overheid wil een duidelijke boodschap uitstralen met deze campagne: ‘De regels voor pensioen gaan veranderen, omdat we willen dat iedereen ook in de toekomst pensioen kan krijgen.’ De overheid wil deze campagne in 2024 ook laten richten op jongeren om bij hen meer duidelijkheid te krijgen. Dit liet woordvoerder Coen Gelinck weten in een schriftelijke reactie. Wel blijft deze campagne nog vrij onzichtbaar. 

Communicatie 

Veel jongeren weten dus niet dat deze wet ingaat, maar in alle sectoren moeten ze geld gaan afstaan voor hun pensioen, ook in sectoren waar dat nu nog niet het geval is. Jongeren die in de horeca werken, moeten bijvoorbeeld hun pensioen opbouwen bij het Pensioenfonds Horeca & Catering. Woordvoerder van het fonds, Melchior Hovestadt weet dat veel mensen nog niet weten dat ze pensioen moeten gaan opbouwen, al is hij hier niet verantwoordelijk voor. “Het is een wettelijke wijziging die per januari 2024 in gaat. Wij voeren die uit.” Maar het pensioenfonds zegt wel mee te helpen in de communicatie. “De werkgevers die al in ons systeem staan hebben allemaal een email gekregen met de boodschap: licht je personeel in.” 

Zelf regelen is altijd beter

Dave Smits, financieel adviseur, heeft een andere mening over het opbouwen van pensioen: “De kans dat jongeren van baan verwisselen is heel groot. Zit je dan bij een fonds loop je pensioenbreuk op, dus kun je het beter zelf regelen. Het gevaar hiervan is dat jongeren het dan niet doen.” Dat moet vanaf 2024 wel, pensioen opbouwen is dan wettelijk verplicht. Als pensioen dan collectief geregeld wordt, is dat makkelijker voor de jongeren en hoeven ze er zelf niet aan te denken, denkt Dave. Jongeren zijn volgens Smits niet veel bezig met de toekomst en hebben dus ook geen interesse in hun pensioen, terwijl het wel belangrijk is dat je daar goed over nadenkt. Dave zegt daarover: “Bij een collectieve pot ben je later erg afhankelijk van anderen. Regel je het zelf, dan hoef je alleen maar op jezelf te vertrouwen.” De keuze qua opbouwen blijft altijd aan de persoon zelf. 

Dan maar een biertje minder

Melchior Hovestadt, Pensioenfonds Horeca & Catering, spreekt van een gezamenlijke pijn bij het fonds en een voordeel dat je al langer je pensioen opbouwt. Impact op je inkomen zal het afdragen van pensioen niet veel hebben. “Mensen van 18 jaar zitten nog in het minimumloon, het zal dus gaan om centenwerk. Daardoor valt de impact op je nettosalaris mee. Ik denk zelf dat de gemiddelde student zegt, dan drink ik een biertje minder en heb ik wel wat geregeld voor later.” Dan heb je voor later geld opgebouwd om ook nog een biertje te kunnen drinken. 

Gameverfilmingen populairder: “We gaan absoluut meer zien van dit soort films”

De populariteit van gameverfilmingen blijft volgens meerdere streamingsdiensten stijgen. Met hitseries zoals The Last of Us en The Witcher, trekken ze miljoenen kijkers. Ook de verfilming van het populaire videospel ‘Five Nights At Freddy’s’ valt goed in de smaak. In het tweede weekend nadat de film in première ging, slaagde de film erin om met 217 miljoen dollar de meest winstgevende horrorfilm van het jaar te worden. Volgens Pim van den Berg, journalist voor de Filmkrant, zijn verfilmingen van videogames zeker een blijvertje.  

“We gaan absoluut meer zien van dit soort films”, zegt Van den Berg. Mede dankzij het verhaal, dat voor het publiek al enigszins bekend is, hoeft een filmstudio niets nieuws te bedenken. Wat een stuk minder riskant is als investering. Van den Berg zegt hierover: “Ik denk dat het daardoor niet heel erg leuke of goede films gaan zijn, maar dat het zeker wel aanslaat.”

Videogames worden al sinds de jaren 80 gespeeld en sinds die tijd zijn er ook gameverfilmingen gemaakt. Het nadeel was dat het vaak goedkoop ogende films waren die bij het publiek niet gerespecteerd werden. “Als je kijkt naar wat ‘The Super Mario Bros. Movie’ aan opbrengsten heeft opgehaald, dan kan je nu wel spreken van dat gameverfilmingen er gewoon bij horen”, zegt van den Berg.

Populariteit

Het succes kan ook gekoppeld worden met de achterban van de videospellen. “De mensen die met games zijn opgegroeid, maken zelf nu ook beslissingen in de kunstwereld”, vertelt Van den Berg. De makers van de films zijn eigenlijk de fans die jarenlang de videospellen hebben gespeeld. Ze hebben nu de macht en invloed om spelverfilmingen te maken.

Fans zijn het niet altijd eens met de verfilming van hun favoriete spel. Heel veel fans zullen een film verdedigen als het brede publiek of critici ze niet heel leuk vinden. Van den Berg zegt: “Er zijn scenario’s waarbij zelfgenoemde hardcore fans een film helemaal niet leuk vinden, die alsnog populair wordt.” Om als voorbeeld de eerdergenoemde Mario film te nemen. Fans waren niet blij dat een personage zoals Princess Peach, die normaal gesproken gered moet worden in de games, de Mario broers moest redden.

Liefhebbers van de Five Nights At Freddy’s franchise wisten al jaren dat er een film ging komen. “Ik wil het zeker gaan kijken, gewoon uit nieuwsgierigheid, omdat ik vroeger de spellen veel gespeeld heb en de verhaallijn erin volgde.” De film Five Nights At Freddy’s draait sinds 26 oktober in de bioscopen.

Nieuw carnavalsliedjesfestijn in Roermond voor herhaling vatbaar

Afgelopen zondag vond de eerste editie van KUUL plaats. KUUL staat voor Katers-Uul-Leedjessjpektakel, oftewel de liedjeswedstrijd van de Roermondse carnavalsverenigingen Vastelaovesvereniging De Katers en Sjtadsvastelaovesvereniging D’n Uul. In een spannende finale streden 13 originele liedjes en 1 cover om de winst.

Het is zondagmiddag elf minuten voor twee en de zaal stroomt al lekker vol. Dat is maar goed ook, want het programma staat op het punt van beginnen. Terwijl de meeste mensen nog aan de bar staan, zet de begeleidingsband alvast het nummer Fire van Bruce Springsteen in om het publiek in de stemming te krijgen. De voorzitters van de twee verenigingen heten iedereen welkom en kondigen de presentatrice en de jury aan. Dan barst de strijd eindelijk los. Aangezien er maar één cover meedoet mag de jonge zangeres Lara dan ook het spits afbijten. Hier en daar gaan al wat handjes in de lucht en er wordt voorzichtig meegezongen. De deelnemers volgen elkaar in snel tempo op, wat ervoor zorgt dat de aandacht van het publiek niet verslapt. De grootste fans van deelnemers Edwin & Ingrid hebben zelfs een spandoek gemaakt waarmee ze voor in de zaal vol overgave staan te zwaaien

Ceryll gaat er vol voor

Zelfs de pauze staat in het teken van muziek. De prinsekepel (muziekkapel van de vereniging) van De Katers bestijgt de bühne (podium) en weet het publiek op te zwepen met hun muzikale variatie. Bekende carnavalskrakers, Kölsche schlagers en zelfs het onvervalste Does Your Mother Know van ABBA klinken door de dorpszaal. Gek genoeg is er na de pauze een klein inkakmomentje. Na enkele rustigere liedjes en een technische storing (de microfoon van een artiest liet het afweten) lijkt het geroezemoes van de aanwezigen vooral achter in de zaal de overhand te hebben.

Maar dan betreedt Ceryll het podium. Ceryll, die buiten de schijnwerpers de bescheidenheid zelve is en niet graag op de voorgrond treedt, verandert eenmaal ín de schijnwerpers in een onherkenbare versie van zichzelf. Hij danst en springt over het hele podium maar betrekt tegelijkertijd de hele band in zijn optreden. Hoe verder zijn zelfgeschreven liedje ‘Nog eine’ (Nog eentje) vordert, hoe fanatieker de zaal meedoet. Iedereen klapt, juicht en fluit op zijn vingers en staat versteld van de performance van de muzikant. Zodra de laatste noot gespeeld is, breekt er een oorverdovend applaus los. De decibelmeter aan het plafond overstijgt de 115 dB. De zes deelnemers die hun nummer nog moeten zingen, gaan er een zware kluif aan hebben om Ceryll te overstijgen. Ondanks dat het publiek eigenlijk al een voorkeur heeft, slaagt het erin om tot het laatste liedje de artiesten alle aandacht te geven.

Overtuigende winst

Vervolgens gaat de jury in beraad en mag het publiek via de QR-code op het programmaboekje hun stem uitbrengen. Die telt voor 22% mee in het oordeel van de vakjury. Ondertussen zorgt de prinsekepel van D’n Uul voor de muzikale invulling. Hoewel ze in tegenstelling tot die van De Katers niet compleet zijn, zou je dat wel zeggen als je met je ogen dicht luistert. Hun geluid vult de hele zaal.

Zo’n drie kwartier later is de uitslag bekend. Voorzitter Dirk Franssen van D’n Uul maakt de top 3 bij het publiek bekend. Met 33% van de stemmen is Ceryll daar de favoriet. Dat is nog niet uitgesproken of de zaal staat al op zijn kop. Het lijkt het publiek al niet meer uit te maken dat de vakjury hun oordeel ook nog bekend moet maken. Gelukkig voor hen heeft de publieksuitslag ook ruim de doorslag gegeven in het eindoordeel en Ceryll wordt dan ook tot winnaar uitgeroepen. Er is haast niemand die niet op zijn vingers fluit, niet zijn handen kapot applaudiseert en hem niet op de schouders klopt.

En Ceryll zelf? Die ondergaat het gelaten en betreedt rustig de bühne waar hij zijn oorkonde in ontvangst neemt. Op dat podium toont hij dat hij zo’n gewone jongen is. Hij feliciteert eerst degenen die op een gedeelde tweede plaats zijn geëindigd alvorens hij zélf de felicitaties  en de oorkonde in ontvangst neemt. Na drie uur komt de muzikale middag aan haar eind, maar absoluut niet voordat Ceryll onder luid gejuich nog één keer zijn liedje heeft gezongen.

De sfeer zit er goed in tijdens de eerste editie van KUUL (foto: Luuk Hendriks)
De prinsekepel van VV De Katers in vol ornaat (foto: Luuk Hendriks)
De prinsekepel van Sjtadsvastelaovesvereniging D’n Uul onder leiding van de winnaar van KUUL, dirigent Ceryll Aubert (met trompet, rechts) (foto: Luuk Hendriks)

Telefoons worden ook verboden op basis en speciaal onderwijs

Vanaf schooljaar 2024-2025 worden smartphones verboden op basis en speciaal onderwijs, zo meldt de onderwijsminister. In de komende periode gaan scholen kijken hoe ze dit plan gaan realiseren en handhaven. Eerder zijn mobiele telefoons, smartwatches en tablets al op middelbare scholen verboden. Dit gaat al vanaf 1 januari 2024 in.

Live: Gaza-Israëlconflict

In dit liveblog word je op de hoogte gehouden van de laatste updates omtrent Gaza-Israëlconflict.

Een kabinet over rechts wordt lastig zonder JA21

“Een kabinet over rechts wordt lastig zonder JA21”, zo sprak Joost Eerdmans vanavond in de uitzending van Nieuwsuur. De partijleider van de conservatief-liberalen onderging een vrij oppervlakkig interview met presentatrice Mariëlle Tweebeeke.

Tweebeeke opende het interviewde met de vraag hoe Eerdmans denkt dat Pim Fortuyn op dit moment over Pieter Omtzigt zou denken. Tot een zinrijk antwoord kwam het niet. Eerdmans stak daarna een kort betoog af over zijn visie en die van de partij door te vertellen dat hij veelal handelt naar het gedachtegoed van zijn oud-leermeester: Pim Fortuyn. Dit betekent een flinke immigratiebeperking en intensivering van grensbewaking.

Moties
Bovenstaande migratiestandpunten leidde het onderdeel ‘ingediende moties’ in. De Nieuwsuur-presentatrice behandelde twee belangrijke, door Eerdmans ingediende moties, die door de Tweede Kamer zijn goedgekeurd maar nooit daadwerkelijk zijn uitgevoerd. Het ging om de motie omtrent het Deense asielbeleid en de motie ‘intensivering Nederlandse grensbewaking’.
Volgens Tweebeeke zijn de moties in strijd met het EVRM (Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens) waarna Eerdmans dit verwerpt door Denemarken, tevens lidstaat van de EU, als voorbeeld te gebruiken. Daarna volgen een aantal partijpunten die volgens een onderzoek van de NOvA (Nederlandse Orde van Advocaten) in strijd zijn met de rechtstaat. Een voorbeeld is het ‘three strikes, out’ principe. Hierbij wordt iemand een levenslange gevangenisstraf opgelegd wanneer hij of zij voor de derde keer een zwaar delict heeft begaan. Tweebeeke vraagt Eerdmans hierna naar zijn intrinsieke motivatie voor het verzwaren van straffen. De partijleider van JA21 beantwoord de vraag door vergelding en veiligheid als voornaamste reden te noemen. “Ik vind dat de maatschappij dat verdient”, aldus Eerdmans.

Welvaartszekerheid
Een ander interessant punt in het partijprogramma is dat JA21 streeft naar welvaartszekerheid in plaats van bestaanszekerheid. De partij wilt een belasting vrije voet voor de eerste 20.000 euro. Dit betekent dat men geen belasting hoeft te betalen over de eerste verdiende 20.00 euro. Daar tegenover staat wel de afschaffing van de volgende inkomrensafhankelelijike toeslagen en heffingskortingen zoals de: huurtoeslag, zorgtoeslag, kinderopvangtoeslag, kinderbijslag en arbeidskorting. JA21 wilt dit rechttrekken door twee inkomensafhankelijke regelingen in te voeren waaronder een huurtoelage op basis van de hoogte van de huur en een huishoudtoelage op basis van de samenstelling van het huishouden. De Nieuwsuur-presentatrice trekt na de uitleg van Eerdmans de vergelijking met de BBB, die ook voor een afschaffing van het huidige toeslagenstelsel zijn, alvorens zij Eerdmans nog eenmaal vraagt waarom de rechtse kiezer toch op JA21 moet stemmen. Het antwoord van Eerdmans: “De BBB en Omtzigt zijn meer midden-partijen en als je rechts van de VVD kijkt dan zijn wij de enige partij die in het kabinet willen komen en daar ook voor worden uitgenodigd straks.”

Overige thema’s
Helaas ontbrak het interview op een aantal momenten diepte. Zo zijn de overige twee belangrijkste thema’s: klimaat en woningbouw, niet behandeld. Een gemiste kans omdat JA21 voorstander is van kernenergie en de gaskraan voorlopig nog open wilt houden in Groningen. In het relatief korte interview werd er veelal teruggekeken op de onenigheid binnen de partij wat toentertijd leidde tot het vertrek van een aantal prominente leden en een dalend aantal zetels. Wellicht had deze tijd beter besteed kunnen worden aan iets diepgravender interview.

Suzanne Schulting rijdt scheve schaats en moet naar het ziekenhuis

0

Shortrackster Suzanne Schulting heeft tijdens de training een verwonding aan haar rug opgelopen. Op het gladde ijs gleed Schulting onderuit en werd geraakt door Xandra Velzeboer, een andere shortrackster.

In een post op Instagram laat Schulting zelf weten dat, ondanks de wond alles goed met haar gaat. Zo schrijft Schulting op haar Instagram: ‘’Een snijwond van +- 15 CM is gehecht & gelukkig zijn er geen spieren geraakt!’’

De 26-jarige shortrackster zou de komende periode sowieso al niet in actie komen. Schulting kampt na het afgelopen seizoen met oververmoeidheid. Haar doel is om tijdens het EK in Gdansk haar rentree te maken op het ijs.

Suzanne Schulting vanuit het ziekenhuis. Bron: Suzanne Schulting

Het verhaal achter de muurschildering van Herman Brood

Gisteren, op 5 november, zou hij 77 jaar oud zijn geworden. Ondanks dat hij al meer dan twee decennia niet meer onder ons is, blijft de erfenis van Herman Brood springlevend. Zo leeft hij niet alleen voort in zijn muziek en kunst, maar ook op de muren van het oude schoolgebouw van Fontys Journalistiek. 

Wie was Herman brood?

Herman Brood, geboren op 5 november 1946, was een veelzijdig en authentiek figuur. Een man met vele talenten, want zo was hij zanger, kunstschilder, pianist, acteur en schrijver. Hij schilderde kleurrijke en snelle, krachtige werken waar hij vaak met zwarte verf teksten op schreef. Hij maakte veel gebruik van primaire kleuren zoals rood, blauw en geel, en experimenteerde soms met ongebruikelijke materialen zoals koeienmest en injectienaalden. Brood was niet alleen bekend om zijn creativiteit, maar ook om zijn reputatie. Zo stond hij bekend als de ‘Rock ’n’ roll junkie’ en leidde hij een tumultueus leven vol verslavingen aan drugs, alcohol, gokken en vrouwen. Herman eindige zijn leven tragisch op 11 juli 2001 toen hij zelfmoord pleegde door van het Amsterdam Hilton Hotel te springen. Hij liet een afscheidsbriefje achter met de tekst “maar er nog een groot feest van.”

De geboorte van de muurschildering 

In 1966 zette Herman Brood ook voet in het toenmalige schoolgebouw van Fontys Journalistiek aan de Professor Gimbrèrelaan. Oud-docent Wiel Schmetz vertelt dat de school net was verhuisd naar de Prof. Gimbrèrelaan. “Veel studenten waren ongelukkig met de verhuizing, omdat het nieuwe gebouw erg kaal en ongezellig was. Om het gebouw gezelliger te maken, stelde de toenmalige directeur geld beschikbaar,” aldus Schmetz.

Toen twee studenten een interview hadden met Herman Brood vroegen ze hem of hij de kale muur in de aula wilde schilderen. Voor twee flessen drank en duizend gulden stemde Brood hier mee in. Enkele weken later stond hij daar dan. De kale, saaie muur kwam langzaam tot leven. Op zijn typisch Brood-manier ging hij te werk: met een flesje bier en sigaretten in de hand schilderde hij niet alleen de afgesproken vlakken, maar werden ook de deuren mee versierd. Met bierkratten uit de tuin voegde hij accenten toe en gebruikte hij spuitbussen om opvallende gele, blauwe en rode kleuren op de muur aan te brengen. Er verschenen figuren met een microfoon in hun hand en met zwarte verf bracht hij de tekst “talk to me” aan. Dit was het begin van het kunstwerk dat tientallen jaren de aula van de school opfleurde en getuige was van de komst en vertrek van talloze generaties journalisten.

De verhuizing

In februari 2023 is Fontys Journalistiek verhuisd naar een nieuwe locatie. Toen Goijaart van Dijk, medewerker AV-uitleen, dit nieuws enkele jaren geleden voor het eerst hoorde, dacht hij meteen aan het kunstwerk van Herman Brood “Dat staat op een muur, dat is hartstikke zonde,” vertelt van Dijk. 

Hij ging op zoek naar manieren om het kunstwerk mee te laten verhuizen, maar kwam er al snel achter dat dit nog niet zo makkelijk was. “Het bleek om een dragende muur te gaan, waar het hele gebouw op rust. Die kun je niet zomaar weghalen,” aldus Van Dijk. Vervolgens ging hij op zoek naar een manier op de schildering van de muur af te halen “Er zijn een paar kleine testjes gedaan om te kijken wat voor verf er is gebruikt en wat voor ondergrond, maar het bleek dat, om dit project door te zetten, we bijna een miljoen zouden moeten investeren.” Toen bedacht van Dijk om de nalatenschap van Brood in te schakelen. “Het probleem was dat er drie partijen betrokken zijn: Het Herman Brood museum in Zwolle, het voormalige management van Brood en zijn dochter.” Alle drie de partijen had hij benaderd, maar deze partijen zaten elkaar zodanig in de weg dat niemand iets kon betekenen.

Helaas was er dus geen mogelijkheid om het kunstwerk mee te verhuizen, dus heeft de school uiteindelijk besloten om het professioneel te laten fotograferen en een afdruk op ware grote te maken. Op deze manier schittert dit bijzondere kunstwerk toch nog voort in het nieuwe schoolgebouw en blijft de herinnering aan Herman Brood voortleven.

Zingend en dansend in Het Rijksmuseum

Amsterdam kleurde afgelopen zaterdag voor een avond roze in plaats van rood. Dit deed elk museum dat mee deed aan het jaarlijks evenement ´Museum Nacht´. Ook werden de Amsterdamse musea opgevuld met alcoholische versnaperingen en feestelijke muziek.

De avond is gecreëerd om jongeren te trekken naar het kunstige en culturele landschap van Amsterdam. De opening van de avond ging van start in het Scheepvaart museum. Het publiek mocht starten bij de vertoning No Man is an Island van Toon Rooijnmans. Daarna werden de bezoekers onthaald door een van Nederland haar muzikale beloftes, namelijk Sor.

In het Scheepsvaart museum was de officiële opening, maar dat betekende niet dat je daar moest beginnen. Namen vele het initiatief om bij het drukste museum te beginnen: Het Rijksmuseum. Bij het welkomstcomité kon je een lekker verfrissend wijntje of biertje halen. Want om jongeren te lokken naar musea is alcohol toch wel een must. Ik zelf genoot van een droge witte wijn. Stiekem nam ik mijn drankje mee naar de schilderijen , wat eigenlijk niet toegestaan was. Mijn doel die avond was om een wijntje te benuttigen oog in oog met De Nachtwacht. Helaas verliep mijn plan niet gesmeerd. De beveiliging sprak mij aan; ik moest mijn drankje eerst opdrinken voordat ik verder kon gaan Jammer genoeg haalde ik mijn doel van de avond hierdoor niet, maar het neemt er niet van weg dat ik heb genoten om oog in oog te staan met De Nachtwacht. Het idee dat je eigenlijk na sluittingstijd in het museum staat voelt al opstandig én dat maakt het juist vermakelijk.

In het museum was nog van alles te doen. Je kon schilderen, een trend van Tiktok na filmen of zingen met de schoonmaakvrouwen op de wc. Ik koos het laatste. Samen met de performers (de schoonmaakvrouwen) heb ik gedanst en uitermate hard gezongen. Toch een ander doel gehaald die avond: gezongen en gedanst op het lied ‘Heb je even voor mij’ van Frans Bauer op de wc van het Rijksmuseum.