Het vertrouwen in vaccinaties neemt af. Dat blijkt uit een onderzoek van EenVandaag. Ouders kiezen er steeds vaker voor om hun kind niet te vaccineren. Er gaan veel verschillende meningen en verhalen rond over de inentingen. Huub Savelkoul is immunoloog en weet veel over vaccinontwikkelingen en vaccin strategieën. Hij geeft uitleg bij bekende angsten en aannames.
Verband tussen de BMR-prik en autisme
Het meest bekende verhaal wat rondgaat is dat de hoeveel aluminium die wordt toe gediend tijdens een inenting, niet gezond is voor het lichaam. Dit zou volgens het verhaal op latere leeftijd kunnen lijden tot autisme. Dit gaat dan met name om de BMR vaccinatie. “Dat is een heel hardnekkig verhaal”, vertelt Savelkoul. “Andrew Wakefield, een voormalige Britse arts, heeft in 1998 dit verhaal de wereld in gebracht. Hij deed toen onderzoek naar twaalf kinderen met autisme. Hieruit trok hij de conclusie dat de BMR-prik hier de oorzaak van was. Daarna zijn er heel veel onderzoeken geweest en hoorzittingen waar niet dezelfde resultaten uit kwamen. Uiteindelijk is in 2008, dus tien jaar later, dat artikel teruggetrokken omdat het bewezen frauduleus was. Andrew Wakefield is toen zijn recht om arts te zijn, verloren. Hij is toen ook uit England vertrokken” Voor Huub Savelkoul is dit niet de eerste keer dat dit verhaal langskomt. “Elk jaar komt dit verhaal weer naar boven. Zoiets blijft op het internet rond zweven.”
Dosis Aluminium
Er zit een kleine hoeveelheid aluminium hydroxide of aluminium fosfaat in bepaalde vaccinaties. Dit zorgt ervoor dat het vaccin langzaam wordt afgegeven in het lichaam. Er wordt al meer dan negentig jaar aluminium hydroxide gebruikt in vaccins. Via je voeding of medicatie krijg je dagelijks meer aluminium binnen dan in die ene keer dat je gevaccineerd wordt. “De dosis aluminium die je dan binnenkrijgt is zo laag. Dat is minder dan 0,1 milligram per dosis. En om dat even in perspectief te zetten dat is zeven keer minder dan wat je binnenkrijgt als je appelmoes eet of koffie drinkt, of pudding, of spaghetti. Zo kan ik nog wel even doorgaan.”, aldus Savelkoul.
Immuunsysteem aansterken
“Op jonge leeftijd kan het immuunsysteem getraind waardoor het krachtiger wordt en beter beschermd is bij nieuwe infecties. Dit kan effectief zijn met probiotica of onschuldige bacteriën waar kinderen niet ernstig ziek van worden. Dit gaat dan om bacteriële besmettingen die te vinden zijn in het eten of in de natuur. Niet bij diegene waar we voor vaccineren, omdat dat juist potentieel levensbedreigende infecties zijn. Als je al langer bezig met je kind trainen om het immuunsysteem sterk te maken, kan het alsnog levensbedreigend zijn voor het kind”, vertelt Savelkoul. “Die kleintjes hebben nog geen sterk immuunsysteem. Zij hebben bijvoorbeeld de kracht niet om meerdere maanden te hoesten bij kinkhoest.“ Er zijn tussen de 3.000 en 14.000 nieuwe gevallen elk jaar. Als één procent van de zuigelingen die kinkhoest krijgen dat niet overleeft, dan is dat heftig.”
Groepsimmuniteit
Wanneer steeds minder mensen ervoor kiezen om hun kind niet in te enten valt de groepsimmuniteit weg. Bij elke infectie met een virus of bacterie is het nodig dat een bepaald percentage van de bevolking de vaccinatie hiervoor neemt. Bij mazelen is dit 95 procent. Momenteel is maar 85 procent hiervoor gevaccineerd. “Je ziet dat daar dan een probleem ontstaat. Pasgeboren baby’s zijn extra vatbaar omdat de ziektes meer rondgaan. Vandaar ook dat er nu een mazelenuitbraak in Eindhoven is waar al een aantal jonge kinderen aan overleden zijn. Dat laat zien dat we niet te lichtzinnig om moeten gaan met dit soort ziektes”
Omslagfoto: ANP KOEN VAN WEEL